Ontmoetingsdag in Leeuwarden Een drukbezochte dag, die 14e oktober 1965 in Leeuwarden. Meer dan 500 functionarissen van de Friese raiffeisenbanken waren de gast van de Centrale Bank, ter gelegenheid van de opening van het nieuwe rayonkantoor. Behalve een bezichtiging van het nieuwe ont- moetings- en werkcentrum, stond er een voor dracht van de heer Keijser op het programma. Enkele hoofdpunten uit deze voordracht nemen wij hier over, daarbij onderscheid ma kend tussen hetgeen de heer Keijser heeft op gemerkt over de eigen organisatie en over de ontwikkeling van de agrarische bedrijven. De eigen organisatie De welvaart, die wij in het algemeen kunnen constateren, is voor de ontwikkeling van onze banken van zeer grote betekenis geweest. Voor zover onze banken tot voor enige jaren nog een min of meer besloten karakter droegen, is dit nu wel geheel veranderd. De relatiekring van de plaatselijke banken heeft een sterke uit breiding ondergaan. De gevolgen laten zich niet alleen meten in kwantitatieve gegevens omtrent spaargelden en kredietverlening, maar ook in verbreding van het pakket van diensten, dat door onze banken wordt aangeboden. Te gelijkertijd bracht deze ontwikkeling ons in con currentie met andere bank- en spaarbankinstel lingen, waardoor de behoefte is ontstaan ons gezamenlijk sterk te maken en te wapenen tegen nadelige invloeden van buiten af. Het ligt voor de hand, dat de doeleinden, die hierbij worden nagestreefd, niet gelegen zijn in de banken zelf, maar dat die voortspruiten uit de grondgedachten van Raiffeisen om door mid del van onderlinge samenwerking de financie- ringszorgen van onze medemensen te helpen verlichten. Het gaat er dus om door middel van kredietverstrekking en dienstenverlening nuttig te zijn voor onze omgeving. Dat zijn de plaatse lijke gemeenschappen waarin de banken werk zaam zijn. Deze eigen kring beperkt zich niet uitsluitend tot de agrarische ondernemers. Dat heeft zij ook nimmer gedaan. Zonder zich tot andere bevol kingsgroepen te wenden, zouden onze banken geen draagvlak hebben kunnen opbouwen, waarop een voldoende financieringsactiviteit kon worden gegrond. Immers, de agrarische bedrijven zijn onderworpen aan een jaarlijkse seizoencyclus, die de liquiditeitsontwikkeling van deze bedrijven en daarmee ook de krediet- vraag en de beschikbare spaargelden beïn vloedt. De banken zouden dus in dezelfde jaarcyclus zijn beland als waaraan de agrarische bedrijven in de streek onderworpen zijn. Dank zij de bredere opzet, waarvoor al in het verleden is gekozen, is het seizoenpatroon bij onze banken sterk teruggedrongen. De schommelingen zijn weliswaar nog merkbaar, maar dooreen geno men is het financieringsvlak sterk verbreed, zeker ook door de ontwikkelingen van de laatste jaren. Vaste bindingen zijn ontstaan met alle groepen van de bevolking, waardoor de plaats van onze banken in de plaatselijke gemeen schappen sterk en breed is geworden. De ontwikkeling van de organisatie maakt het nodig ons voortdurend te bezinnen op maat regelen, die het geheel, zowel naar binnen als naar buiten gericht, krachtig maken. Al vanouds hebben de plaatselijke banken naar wegen gezocht om zich intern sterk te maken, teneinde de verantwoordelijkheid voor het beheer over spaargelden en de toekenning en afwikkeling van kredieten te kunnen dragen. De Centrale Bank ontleent hieraan haar be staansgrond. Het is ons ernst aan deze oor spronkelijke doelstelling ook in de moderne tijd te voldoen. De plaatselijke verantwoordelijkheid voor het beheer van de banken is één van de grond- peilers, waarop onze organisatie rust. Daar, waar deze plaatselijke verantwoordelijkheid groot en zwaar wordt, zal steun moeten worden geboden. De Centrale Bank ziet het daarom als een belangrijke opgave zich ter beschikking te stellen van de plaatselijke banken om het de besturen mogelijk te maken de toenemende verantwoordelijkheid te kunnen blijven dragen. Dit is mogelijk, niet alleen door de beschikbaar heid van deskundigen op verschillende ter reinen, maar ook in het brengen van voorlich ting en het geven van informaties. Verder is het nodig goede diensten ter be schikking van de plaatselijke banken te stellen 336

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1965 | | pagina 26