Agrarische kredietverlening in de
Noordoostpolder
In onderstaand artikel geeft de heer E. van der Lindedirecteur van de Coöperatieve Boeren
leenbank - Raiffeisenbank - „De Noordoostpolder" een overzicht van de ontwikkeling van de
agrarische voorschot- en kredietverlening in de Noordoostpolder.
Sedert enkele jaren kan de kolonisatie van
de Noordoostpolder als voltooid worden be
schouwd. Terwijl de eerste landbouwbedrijven
reeds in 1947 werden verpacht, werden in 1962
de laatste 15 fruitteeltbedrijven in pacht uitge-
gegeven alsmede nog 23 landbouwbedrijven, die
aanvankelijk voor rekening van de Staat waren
geëxploiteerd.
Hoewel thans alle beschikbare grond in de
Noordoostpolder is verpacht, wil dit niet zeggen,
dat een definitief einde aan de verpachting is
gekomen. De toepassing van het zogenaamde
„doorschuifsysteem"houdt namelijk in,dat pach
ters uit de Wieringermeer en de Noordoostpol
der in aanmerking kunnen komen voor een be
drijf in Oostelijk Flevoland en volgende polders,
waardoor ook in de toekomst bedrijven in onze
polder beschikbaar zullen komen voor toewijzing
aan nieuwe pachters.
In totaal zijn in de Noordoostpolder 1510 land
bouw- en 224 fruit- en groenteteeltbedrijven in
pacht uitgegeven. Van dit aantal pachters heeft
ongeveer 2/3 gedeelte zich aangesloten bij de
Boerenleenbank-Raiffeisenbank ,,De Noordoost
polder".
Zoals bekend moeten degenen die voor een
bedrijf in één der nieuwe polders in aanmerking
willen komen, aan bepaalde financiële eisen vol
doen. Konden landbouwers in de Wieringermeer
destijds nog volstaan met 300,bedrijfskapi
taal per ha, in de Noordoostpolder moesten de
eerste pachters reeds 1.000,per ha ter be
schikking hebben, welk bedrag naderhand is
verhoogd tot 1.600,Voor groente- en fruit
teelt golden uiteraard andere normen. Het ver-
Voor nadere bijzonderheden over het „doorschuif
systeem" dat mede bedoeld is om voor landbouwers,
die in aanmerking komen voor een boerderij in de
IJsselmeerpolders, gemakkelijker een passend bedrijf
te vinden, zij verwezen naar het rapport „Kolonisatie-
beleid nieuwe Domeingronden", uitgebracht in 1959
door een commissie onder voorzitterschap van prof.
dr. E. W. Hofstee.
eiste kapitaal dient voor de aanschaffing van
werktuigen en gereedschappen en ter voor
ziening in de behoefte aan vlottend bedrijfskapi
taal. In grond en gebouwen behoefde in eerste
instantie geen geld te worden geïnvesteerd,
aangezien alle bedrijven als pachtbedrijven zijn
uitgegeven.
De kredietverlening bij de uitgifte van de be
drijven heeft over het algemeen weinig moeilijk
heden opgeleverd. Dit is mede te danken aan
de bijzondere kredietregeling, die speciaal voor
de bedrijven in deze polder is ontworpen. In
eerste instantie gold deze regeling uitsluitend
voor de zogenaamde pioniers. Dit waren boeren
zoons, die gedurende de oorlogsjaren onder
moeilijke omstandigheden hun krachten aan de
opbouw van de Noordoostpolder hadden ge
geven. De regeling hield in dat de pioniers onder
garantie van de Staat en van de Centrale Bank
een krediet in lopende rekening konden opne
men tot maximaal de helft van het totaal vereiste
kapitaal. Naderhand werd ook voor de pachters
in de Noordoostpolder, die geen pionier waren,
een speciale regeling getroffen. Deze regeling
opende de mogelijkheid tot het verstrekken van
een krediet in lopende rekening tot maximaal
een kwart van het totaal vereiste kapitaal, waar
bij uitsluitend de Centrale Bank als garant
fungeerde.
In verband met de door de Centrale Bank
te verstrekken garanties is destijds de afde
ling C van het Onderling Waarborgfonds (het
huidige Onderling Raiffeisengarantiefonds) op
gericht. Voor deze bijzondere kredieten gold
verder de voorwaarde, dat de bedrijfsinventaris
tot meerdere zekerheid moest worden overge
dragen, terwijl de vorderingen van familieleden
en dergelijke bij het bijzondere krediet moesten
worden achtergesteld.
Hoewel het vereiste bedrijfskapitaal bij de
uitgifte van de bedrijven kon worden gefinan
cierd, bleek in vele gevallen na enkele jaren, dat
het aanwezige kapitaal niet toereikend was. Als
288