door een handeling de scheiding en deling waarbij zij geen partij is. B nadere overweging blijkt deze regel echter op goede gronden te be rusten. Indien de regel niet zou bestaan, zouden er nog minder wenselijke gevolgen kunnen in treden. Indien namelijk de andere erfgenamen het door een van hen op zijn aandeel in het ge mene onroerend goed gevestigde hypotheek recht zouden moeten eerbiedigen, zou het be trokken goed voor die andere erfgenamen minder acceptabel zijn, omdat niemand bij de verdeling een goed wil krijgen dat,zij het slechts voor een aandeel, met hypotheek voor de schuld van een ander is bezwaard. De wettelijke regel gaat er dus van uit, dat de hypotheekhouder zelf voorzichtig moet zijn bij het vestigen van hypo theek op het aandeel in een gemeenschappelijk onroerend goed. De erfgenaam die zijn aandeel in de nalatenschap als onderpand wil gebruiken, heeft bovendien de mogelijkheid te allen tijde de boedelscheiding tot stand te brengen. Onze banken plegen zich dan ook van hypo theekverlening op het aandeel in een goed van de nalatenschap te onthouden. Medewerking van alle deelgenoten vereist Kan de boedelscheiding om de een of andere reden niet tot stand komen, dan kan in gevallen als de zoeven genoemde geen ander advies ge geven worden dan dit: men dient te zorgen, dat niet alleen de erfgenaam die de schuld bij de bank wil aangaan, doch ook de andere erfge namen bij de boedelscheiding hun medewerking verlenen. Hebben alle gerechtigden gezamelijk de hypotheek ten behoeve van de bank tot stand gebracht, dan is het hypotheekrecht onaantast baar, ongeacht aan wie het goed later wordt toegescheiden. Kan deze medewerking niet wor den verkregen, dan dient van hypotheekverlening te worden afgezien. Men kan zich voorstellen, dat deze raad in sommige gevallen niet bevredigend geacht wordt, omdat degene die de hypotheek wil ves tigen de medewerking van de andere deelge noten soms niet gemakkelijk zal kunnen ver krijgen. (In het septembernummer zal een vervolg van dit artikel worden opgenomen). De praalwagen waarmede de Raiffeisenbank Noordijk

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1965 | | pagina 38