Kroniek van de visserij
De afdeling Visserij van het L.E.I. brengt jaar
lijks verslag uit over de bedrijfsresultaten van
de voornaamste takken van visserij. Omdat
slechts weinigen zich een oordeel kunnen vor
men omtrent deze enigszins geïsoleerde be
drijfstak, zijn deze verslagen van groot belang
voor hen die als financier bij deze visserij zijn
betrokken.
De raiffeisenbanken zijn vooral betrokken bij
de financiering van de kleine visserij, d.w.z. de
financiering van de schipper-eigenaren van kot
ters.
Wij willen ons in dit artikel dan ook beperken
tot die takken van de visserij waarmede onze
banken vooral te maken hebben.
Teneinde enig inzicht te geven in het belang
van de diverse takken van de visserij in de
loop der tijd volgen hier enige cijfers:
Aanvoer in min. kg
Opbrengst in min. guldens
1956 1960 1964
1956 1960 1964
Grote zeevisserij
Kleine zeevisserij
Garnalenvisserij
IJsselmeervisserij
Mosselkwekerijen
Oesterkwekerijen
Overige visserij
Totaal
Bron: C B S.
Directie van de Visserijen
135 138 112
39 51 86
17 13 18
15 13 11
51 68 101
2 3 1
7 5 10
265 289 338
52 61 53
25 39 72
7 11 12
6 10 8
6 8 12
4 7 3
2 2 2
103 137 163
Uit dit overzicht blijkt, dat de totale aanvoer
steeg van 265 miljoen kg met een opbrengst
van 103 miljoen in 1956 tot een aanvoer van
338 miljoen kg met een opbrengst van 163
miljoen in 1964. Er blijkt ook uit de spectacu
laire groei van de kleine zeevisserij, terwijl ook
de aanvoer en de opbrengst van de mossel
kwekerijen praktisch zijn verdubbeld.
Het belang van de diverse vissoorten is voor
de grote en de kleine zeevisserij verschillend,
hetgeen blijkt uit het volgende overzicht. (Op
brengst in miljoenen guldens).
Grote zeevisserij
Kleine
zeevisserij
1956
1960
1964
1956
960
1964
Gezouten haring
27
30
28
3
Verse haring
10
11
9
3
4
6
Makreel
3
5
5
1
0
1
Rondvis
8
10
9
4
7
9
Platvis
4
5
2
17
28
53
222