Wat ons bezig houdt
KREDIETVERZEKERING
Van 1 mei jl. af bestaat de verplichting tot het
sluiten van een kredietverzekering indien een
voorschot of krediet in lopende rekening, het
welk 10.000,te boven gaat, geheel of ge
deeltelijk door onvolwaardige zekerheid is ge
dekt. Hiermede wordt beoogd een zo groot
mogelijke risicospreiding te verkrijgen. Langs
deze weg kan de premie zo laag mogelijk wor
den gehouden en wordt de kans op een omslag
van het Raiffeisengarantiefonds over zijn leden
(de aangesloten banken) zo klein mogelijk.
De problematiek rond de factoren „rente" en
„premie", welke als gevolg van de inschakeling
van het Raiffeisengarantiefonds ontstaat, werd
uitvoerig in een circulaire van 26 mei 1965 be
handeld.
In het kort kan worden gesteld dat voor het
door kredietverzekering gedekte deel de pre
mie van het Onderling Raiffeisengarantiefonds
in de plaats komt van de hogere rente, welke
de banken plachten te bedingen uit hoofde van
het grotere risico als gevolg van de onvolwaar
dige zekerheid.
Voor de niet door kredietverzekering gedekte
posten of niet door kredietverzekering gedekte
gedeelten van posten blijft voor de bank het
risico aanwezig en is een hogere rente dan bij
volwaardige zekerheid gewenst.
De in bovengenoemde circulaire gegeven na
dere detaillering in debetrentepercentages is
uitsluitend een gevolg van de nieuwe situatie,
die door de werking van het Onderling Raif
feisengarantiefonds is ontstaan, en houdt geen
verband met wijzigingen op geld- en kapitaal
markt.
Voor dit advies, alsmede voor de nadere om
schrijving van wat in het algemeen onder vol
waardige en onvolwaardige zekerheid dient te
worden verstaan, mogen wij naar bedoelde cir
culaire verwijzen.
BORGSTELLINGSFONDS VOOR DE
LANDBOUW
Om de financieringsbehoefte van de perma
nente vermogensbehoefte van landbouwbedrij
ven te vergemakkelijken is het bestuur van het
Borgstellingsfonds ertoe overgegaan de be
staande mogelijkheden van kredietverlening
onder garantie van dit fonds op enkele punten
te verruimen.
Het betreft in de eerste plaats de leningen
voor de financiering van eigenaarsbedrijven met
een aanmerkelijke oppervlakte grond. Ter ver
duidelijking moge dienen, dat hierbij is gedacht
aan bedrijven, waarbij de waarde van de grond
meer dan 50 bedraagt van de totale waarde
van de grond met gebouwen. Voor deze cate
gorie bedrijven bestaat thans de mogelijkheid
om boven een normale hypothecaire lening tot
2/3 van de taxatiewaarde, een aanvullende le
ning op te nemen onder garantie van het fonds
tot een maximum gelijk aan 50% van de nor
male hypothecaire lening. Voor deze aanvullen
de lening zal een looptijd mogelijk zijn van 30
jaar met een gedifferentieerde aflossing, zodat
gedurende de eerste 5 jaren slechts 2 per
jaar behoeft te worden afgelost.
De bovengenoemde mogelijkheid zal tevens
gelden voor de financiering van in erfpacht uit
gegeven bedrijven in Oostelijk-Flevoland.
Verder heeft het bestuur van het Borgstel
lingsfonds een verruiming willen geven aan de
mogelijkheid tot het financieren van melkvee
stapels. Daarbij is uitgegaan van de gedachte,
dat de helft van het te financieren bedrag tot
een maximum, gelijk aan 40 van de waarde
van de veestapel, zal kunnen worden verstrekt
onder garantie van het Borgstellingsfonds. In
de vorm van twee afzonderlijke leningen, waar
van een tegen overdracht van de veestapel en
de ander onder garantie van het fonds kan een
melkveestapel in totaal tot maximaal 80 van
de waarde worden gefinancierd. Deze finan
cieringsmogelijkheid houdt tevens in, dat op
beide leningen jaarlijks slechts 5 behoeft te
worden afgelost.
BEDRIJFSBEËINDIGING
Uit de ervaringen, die in het afgelopen jaar
zijn opgedaan met de beïndigingsvergoedings-
regeling van het Ontwikkelings- en Sanerings
fonds is wel reeds gebleken, dat een relatief
groot aantal aanvragen is afgewezen op grond
van het feit, dat het gemiddelde inkomen van
de aanvrager boven het gestelde maximum van
162