Kroniek van land- en tuinbouw hoge prioriteit voor stuctuurbeleid; grondpolitiek beïnvloedt prijsvorming en beschikkingsvrijheid; boer en tuinder moeten durf en initiatief tonen. Minister-president Cals heeft in een uitvoerige verklaring uiteengezet hoe de nieuwe ministers ploeg in de komende twee jaar denkt te regeren. Hoewel in deze verklaring aan de landbouw slechts een betrekkelijk kleine passage was ge wijd, beschouwt men het in agrarische kring reeds als een geruststellend feit, dat minister Biesheuvel de zaken van de landbouw zal blijven behartigen. Men stelt in deze bewindsman be paald groot vertrouwen. In de regeringsverklaring wordt met betrek king tot de agrarische sector opgemerkt, dat het beleid gericht zal blijven op versterking van de positie van de Nederlandse landbouw. „De regering zal derhalve een hoge prioriteit toekennen aan een structuurbeleid, dat is gericht op aanpassing aan de veranderingen, die zich nationaal en internationaal op het gebied van de voortbrenging en afzet van produkten van land bouw en visserij voltrekken. Op het terrein van de landbouw zullen hiertoe in samenwerking met het bedrijfsleven de maatregelen zowel ter ont wikkeling als ter sanering worden uitgebouwd". Evenals de vorige regering in het „Akkoord van Wassenaar" had vastgelegd, zal ook nu de extra aandacht voor de landbouw blijven bestaan. Toch valt het op dat nu meer de nadruk wordt gelegd op het structuurbeleid en minder op het markt- en prijsbeleid. Blijkbaar is de regering van oordeel, dat het markt- en prijsbeleid nau welijks meer een zaak is van de nationale regeringen omdat de beslissingen steeds meer in Brussel worden genomen. Men kan daarbij echter stellen dat onze regering bij de beleids vorming van de E.E.G. een mede-beslissende stem houdt en verantwoordelijk blijft voor de gevolgen van deze beslissingen, voor de rentabi liteit van de agrarische bedrijven in ons land. Overigens kan ook worden geconstateerd en dit is misschien een van de redenen waarom thans minder de nadruk is gelegd op het markt en prijsbeleid dat de huidige situatie in de landbouw belangrijk beter is dan in 1963. De sindsdien genomen prijsmaatregelen, alsmede de gunstige weersomstandigheden in 1964, kunnen als de belangrijkste oorzaken hiervan worden gezien. Structuurbeleid De hoge prioriteit voor het structuurbeleid duidt erop, dat hiervoor in 1966 meer financiële middelen beschikbaar zullen worden gesteld. In dit stadium kan evenwel nog niet worden voor speld op welke wijze deze middelen zullen wor den aangewend. In het kader van het structuurbeleid kan het vooral van belang zijn dat de ontwikkelingskant van het Ontwikkelings- en Saneringsfonds ver der wordt uitgebouwd. Wellicht biedt de rege ringsverklaring de mogelijkheid tegemoet te komen aan de wensen van de georganiseerde landbouw met betrekking tot een sterke uit breiding van de huidige ontwikkelingsprojecten en het ter hand nemen van nieuwe activiteiten gericht op het opheffen van knelpunten, die de modernisering en aanpassing van de bedrijfs structuur in de weg staan. Weliswaar staat de minister nog afwijzend tegenover een algemene subsidiepolitiek waarover wij in de vorige kroniek schreven maar in het kader van het Ontwikkelings- en Saneringsfonds zal toch een en ander mogelijk zijn. SALARISADVIEZEN De adviezen met betrekking tot de salarissen van de directeuren/kassiers der aangesloten banken voor het jaar 1965 worden thans uitge bracht. Er zal naar worden gestreefd dat eind mei, uiterlijk medio juni de besturen van alle aange sloten banken de adviezen zullen hebben ont vangen. 123

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1965 | | pagina 9