den", aldus dr. Verhage, zijn, zoals uit de cij
fers blijkt, niet zozeer een gevolg van een ge
brek aan toevertrouwde middelen als wel een
aanzienlijke stijging van voorschotten en kre
dieten. Uit het jaarverslag blijkt dat de debet-
saldi in rekening-courant, de voorschotten en de
leningen bij aangesloten banken gezamenlijk
met ruim 412 miljoen zijn gestegen. Dit be
tekent, dat 78 van de aanwas der ons toe
vertrouwde middelen voor voorschotten en kre
dieten is gebruikt. In de loop van 1964 hebben
wij gezien, dat de stijging van de kredieten en
voorschotten in de eerste zeven maanden bij
zonder hoog was, namelijk 295 miljoen, wat
zelfs 169% was van de aanwas der toever
trouwde middelen in diezelfde zeven maanden
en 163% van hetgeen in dezelfde periode van
1963 werd uitgezet. Dit heeft ertoe geleid dat
het dispensatiebeleid van de Centrale Bank ge
wijzigd moest worden. Deze verscherping van
het dispensatiebeleid heeft zijn uitwerking niet
gemist en in de laatste vijf maanden van 1964
is het uitstaande bedrag aan kredieten en voor
schotten met 97 miljoen toegenomen. Daar
mee toonde de ontwikkeling in het laatste deel
van het jaar een normaler beeld; het bedrag dat
in deze laatste vijf maanden werd uitgezet kwam
ongeveer overeen met dat van dezelfde maan
den in voorgaande jaren. Het was in ditzelfde
tijdvak, dat ook de toevertrouwde middelen een
gunstiger ontwikkeling toonden en dat heeft er
toe geleid, dat wij de financiering van wat wij
noemen de „eigen kring" normaal konden voort
zetten.
Zo steeg de kredietverlening in eigen kring
bij de aangesloten banken in totaal tot meer dan
2,5 miljard, waarbij kan worden aangetekend
dat alle onderdelen van de kredietverlening, na
melijk de voorschotten en hypotheken aan na
tuurlijke personen, de leningen aan rechtsper
sonen en de debetsaldi in rekening-courant, in
deze stijging deelden.
De krediet- en voorschotverlening voor de
agrarische sector steeg in het afgelopen jaar
met ruim 313 miljoen tot in totaal ruim 1.660
miljoen. Ik geloof te mogen zeggen, dat wij daar
mede de taak hebben vervuld, die wij als land
bouwkredietinstelling hebben, namelijk de om
vorming en omschakeling in onze land- en tuin
bouwbedrijven mogelijk te maken".
Reeds verleden jaar wees de heer Verhage
erop, dat bij de financiering van de overneming
van bedrijven veelal moeilijkheden ontstaan,
mede doordat de betekenis van de financiering
uit de familiekring in de moderne ontwikkeling
terugloopt. Hierover zijn de gesprekken met het
Borgstellingsfonds voor de Landbouw voortge
zet.
Financiering op langere termijn
„Het verheugt mij u te kunnen meedelen",
aldus dr. Verhage, „dat dit overleg ertoe heeft
geleid, dat een financiering op langere termijn
dan tot nu toe gebruikelijk bij overneming van
zowel eigendoms- als niet-eigendomsbedrijven
verwezenlijkt is. De hulp, die het Borgstellings
fonds hier biedt, zal nu verder gaan dan tot dus
ver. In de permanente vermogensbehoefte zal
nu ook kunnen worden voorzien door een
tweede hypotheek met een looptijd van 30 jaar,
waarvoor het Borgstellingsfonds een garantie
van 30 jaar zal geven, terwijl de eerste hypo
theek een looptijd van 55 jaar kan hebben. Door
dat de aflossingen in de eerste jaren lager zijn
dan later, terwijl ook de financiering van het
vlottende bedrijfskapitaal onder ogen zal wor
den gezien, is overneming van eigendomsbe-
drijven op een heel wat gemakkelijker en naar
ons gevoel toch solide wijze te financieren. Het
Borgstellingsfonds is in samenwerking met de
banken bereid ook de voorziening in de be
hoefte aan permanent vermogen bij overneming
van niet-eigendomsbedrijven te vergemakke-
ken. De banken zullen op de waarde van de
inventaris een lening verstrekken, waarbij de
top van de lening, voor een zover als mogelijk
gaande financiering, door het Borgstellingsfonds
zal worden gegarandeerd. Voor deze leningen
wordt gedacht aan een looptijd van 20 jaar. Ik
geloof te mogen zeggen, dat nu deze bespre
kingen zijn afgelopen, gebleken is dat het Borg
stellingsfonds beseft heeft dat het zijn zo te
waarderen hulp bij de financiering van land- en
tuinbouw ook moest uitstrekken tot moderne
financieringsvormen, die mede kunnen helpen
om de verjonging in land- en tuinbouw mogelijk
131