Er zijn echter andere voorbeelden, waarbij dit
alles veel moeilijker ligt. Dat zijn de typische
produktie- en handelscoöperaties. Waarom is
het hier moeilijker? Omdat die coöperaties aan
gewezen zijn op een afzetmarkt. Het marktrisico
doet dan zijn intrede, waardoor er een totaal
ander beeld ontstaat dan voor de op het eigen
bedrijf van de boer of tuinder afgestemde
dienstenverlenende coöperatie. Die vaak tot
grote lichamen uitgegroeide produktiecoöpera-
ties lopen eigen risico's. Risico's die zij
uit praktische overwegingen niet steeds op hun
leden kunnen afwentelen. Het zijn over het al
gemeen grote zeer gedifferentieerde en dus
kapitaalintensieve coöperaties. Zij zijn genood
zaakt een eigen risicodragend vermogen op te
bouwen. Hun continuïteit is in het geding en
loopt anders gevaar.
Geen zwart-wit schema
De financiering van de coöperatie kan niet in
een zwart-wit schema gevat worden. Uitgangs
punt voor ieder concreet geval zal moeten zijn:
wat is de aard van het bedrijf; voor welke
risico's staat het bedrijf; wie staat er achter; hoe
is de marktstructuur waarmee het bedrijf te
maken krijgt. Deze vragen zijn beslissend voor
de wijze waarop het bedrijf kan en mag worden
gefinancierd. In de praktijk zal blijken dat hierbij
grote variaties kunnen optreden.
Datzelfde geldt voor de vraag in welke vorm
het risicodragend vermogen dient te worden op
gebouwd. Te onderscheiden zijn daarbij eigen
middelen van de coöperatie in de vorm van
reserves of aandelenkapitaal en daarnaast het
vermogen dat op ledenrekening wordt aange
houden. Dat deze vormen voor wat betreft de
financieringsfunctie in principe onderling ver
vangbaar zijn, zoals Horring stelt, is vanwege
de ongenuanceerdheid van dit betoog in zijn
algemeenheid niet juist. Vergaande veronder
stellingen moeten daarbij namelijk worden ge
maakt omtrent de winstgevendheid van het
bedrijf in de toekomst. Dit is een ongewisse
factor tegen welke het risicodragend vermogen
juist weerstand beoogt te bieden. Het is daarom
onjuist, die ongewisheid ter zijde te schuiven
met de veronderstelling, dat de winstgevendheid
in de toekomst tot een even grote vermogens
vorming op ledenrekening zal leiden als in het
heden en verleden het geval is en is geweest.
Revolverend ledenkapitaal
Toen ik 10 jaar geleden voor uw instituut een
inleiding mocht houden over de financiering van
de landbouwcoöperatie, waarbij ik vooral de
figuur van het revolverende ledenkapitaal heb
belicht, heb ik de stelling verkondigd dat de
winst voor de boer niet zit in de door de coöpe
ratie gemaakte reserves, doch in de voordelige
prijzen die hij ontvangt of betaalt. Deze opvatting
zou ik vandaag iets genuanceerder willen for
muleren.
De winst voor de boer kan ook liggen in een
sterke marktpositie, waar de coöperatie hem bij
kan helpen. De activiteit van de coöperatie be
vordert juist hier de continuïteit van het bedrijf
van het lid. Vaak zijn voor het opbouwen door
de coöperatie van een dergelijke sterke markt
positie investeringen nodig en een stevig eigen
vermogen om eventuele risico's op te vangen.
Wanneer die sterke marktpositie kan worden
opgebouwd, wordt het boerenbelang mogelijk op
betere wijze gediend - althans bij de coöpera
ties met een „tot waarde brengende functie"
dan bij een politiek van uitkering en lage af
schrijvingen.
Het revolving capital plan past goed in een
tijd van statische ontwikkeling, Bij een groeiend
bedrijf is dit echter een financieringsvorm, die
in beperkte mate toepassingsmogelijkheden
biedt. Dan moet immers de kapitaalbasis worden
versterkt en daar verdraagt een frequent rou
lerend ledenkapitaal zich niet mee.
Toch is ook bij een groeiend bedrijf toepas
sing van een revolverend ledenkapitaal mijns
inziens niet geheel uitgesloten. Voorwaarde is
dat men in de eerste plaats zorgt voor een
adequate groei van het eigen vermogen. Als men
de balansen van vele coöperatieve verenigingen
beziet dan vallen deze in het algemeen niet op
door aanzienlijk eigen vermogen tegenover leen-
kapitaal. Eerder is het tegendeel het geval. Een
gedeelte van dat leenkapitaal zal door de leden
in de vorm van ledenkapitaal kunnen worden
verschaft. Hier kan men de financieringsfunctie
12