Stichting Pensioenvoorziening Kassiers
Balans per 31 december 1963
Op het terrein van de pensioenvoorziening
voor kassiers werd in 1949 het initiatief genomen
een speciale regeling te treffen voor de oude
dagsvoorziening van de oudere kassiers, waar
onder werd verstaan kassiers geboren voor
1 januari 1908.
Voor deze kassiers bestond in die jaren geen
of een zeer onvoldoende pensioenregeling. Door
samenwerking van de betrokken banken, kas
siers en de Centrale Bank kon in de toen be
staande leemte worden voorzien. Hiertoe werd
opgericht de Stichting Pensioenvoorziening
Kassier (P.O.K.), die thans reeds bijna 14 jaren
bestaat.
Deze stichting, die geen nieuwe deelnemers
meer kan toelaten, heeft een aflopend karakter.
In 1973 zal zij zelfs geen premie meer ontvan
gen, daar alle verzekerden dan ouder dan 65 jaar
zullen zijn.
Per 31 december 1963 was reeds het aantal
kassiers, dat pensioen genoot, namelijk 122,
hoger dan het aantal van 121 dat premie be
taalde. Ook het bedrag van ruim 147.000,—
aan uitgekeerde pensioenen was hoger dan het
bedrag van bijna 89.000,aan ontvangen in
koopsommen en jaarpremies.
De positie van deze stichting wordt weerge
geven in onderstaande balans:
ACTIVA
Beschikbare middelen:
Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank f 313.855,35
Vorderingen:
Te ontvangen interest 33.425,78
Te vorderen dividendbel. 196,30
33622,08
Beleggingen op korte termijn:
Effecten 1.771.418,28
Beleggingen op lange termijn:
Polissen f 202.023
Geldleningen 946.390,40
Hypotheken 49.880,
1.198 293,40
f 3.317.189,11
PASSIVA
Schulden op korte termijn:
Onverdiende premies f 622,26
Overlopende posten 6.007,13
f 6.629,39
Schulden op lange termijn:
Wiskundige reserve 3.122,279,—
Kapitaal en reserves:
Stichtingskapitaal f 100,
Reserve 135.949,64
f 136.049,64
Reserve koersverschillen
op aandelen 4.516,41
140 566,05
Winstsaldo 1963 47.714,67
f 3.317.189,11
Na toevoeging van het winstsaldo over 1963
zal de reserve f 183.664,31 bedragen. In voor
gaande jaren is aan de reserve ruim f 100.000,
onttrokken voor verhoging van de pensioenen in
uitkering en eveneens ruim 100.000,voor
374
herziening van de grondslagen. De financiële
positie van de stichting maakte het mogelijk
over de in 1964 uitgekeerde pensioenen een toe
slag te verlenen, die in de loop van de maand
december aan de betrokkenen werd uitgekeerd.
