Een goede bekende jubileert Sierteelt Hoewel de E.E.G.-regelingen voor de tuin bouw zich tot nu toe hebben beperkt tot groente en fruit en er voor de sierteelt nog geen ge meenschappelijke marktordening van kracht is, heeft de Europese Commissie toch bezwaren tegen enkele onderdelen van de bestaande Ne derlandse regelingen. Daarom heeft het Land bouwschap aangedrongen op het tot stand komen van een Europese marktordening. Evenals de huidige Nederlandse regeling zou ook de E.E.G.-marktordening vooral gericht moeten zijn op het behoud van de afzetmoge lijkheden in derde landen. Niet alleen voor Ne derland, maar ook voor de E.E.G. als geheel moet dit van groot belang worden geacht. Bij het E.E.G.-beleid zou dan onder meer voorzien moeten worden in kwaliteitsnormen en mini mum-exportprijzen. Hierdoor wordt het onmo gelijk dat een uitvoer plaats vindt tegen zeer lage aanbiedingsprijzen en van partijen van een onbetrouwbare kwaliteit. Er zullen ook gemeen schappelijke regels moeten worden vastgesteld voor kwaliteitsnormen, leverings- en betalings voorwaarden (o.a. verbod van commissiehan del) en een financiering van gemeenschappe lijke activiteiten op het gebied van propaganda, onderzoek enz. Ook in deze, vooral voor Nederland zo be langrijke, sector komt er dus werk aan de E.E.G.-winkel. Daarbij zullen, evenals voor an dere produkten, voorwaarden moeten worden geschapen waarin de ijver, kennis en vakbe kwaamheid van de Nederlandse producent, in vrije competitie met zijn buitenlandse collega's, volledig tot hun recht kunnen komen. In de hypotheekaanvragen voor land- en tuin bouwbedrijven, welke wekelijks aan het Bestuur van de Centrale Bank worden voorgelegd, wordt dikwijls meer informatie gegeven dan alleen een taxatie. Naast een beoordeling van de rentabili teit van het bedrijf krijgt het Bestuur in veel ge vallen ook inlichtingen over de omstandigheden, waaronder gewerkt wordt, en over de persoon van de aanvrager. Wanneer in een dergelijke toelichting te lezen is: „Toen ik het bedrijf 30 jaar geleden bezocht, maakte het reeds prima indruk", is het zeker, dat in dit geval het onderzoek heeft plaatsgevonden door de heer D. W. Doude van Troostwijk. Op 8 januari a.s. herdenken wij de dag, dat de heer Doude van Troostwijk 40 jaar geleden bij de Centrale Bank in dienst trad. Niet terstond als taxateur, doch eerst nog enkele jaren op de af delingen Boekhouding en Inspectie. Spoedig deed zich echter de behoefte gevoelen aan een functionaris, die erop uit kon gaan om taxaties te verrichten, wanneer hypotheekaanvragen bij de Centrale Bank werden ingediend. De jubi laris heeft van het begin af aan getoond een aan geboren gevoel te hebben voor dit werk. De functie werd aangeduid als landbouwdeskundige. Deze aanduiding heeft hij op een bijzondere wijze waar gemaakt. Zijn deskundigheid is een begrip geworden, niet slechts voor de Centrale Bank, maar ook voor de aangesloten banken, waarvan vele hun vertrouwen gesteld hebben op zijn gedegen adviezen. De heer Doude van Troostwijk timmert niet gaarne aan de weg. Aan zijn vele andere arbeid, ook op maatschappelijk en kerkelijk terrein, wil hij geen ruchtbaarheid geven. Toch heeft het Bestuur van de Centrale Bank gemeend, dat deze dag niet alleen intern gevierd mag worden. Zijn contact met de aangesloten banken is zo groot, dat werd besloten de gehele organisatie in de gelegenheid te stellen hem geluk te wen sen. De uitnodiging hiertoe is inmiddels aan de banken verzonden. 369

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1964 | | pagina 11