ning verzetten. Zo zullen de voorwaarden moe ten worden hersteld voor een verdere vrije ont wikkeling van het veilingwezen teneinde een zo groot mogelijke efficiency te bereiken. Boven dien zullen de allerwegen tot ontwikkeling ko mende wijzigingen in het distributieproces zich ook in de tuinbouwsector zoveel mogelijk in vrijheid moeten kunnen voltrekken, mede in het belang van de consumenten. Voorts acht de minister het in het licht van de E.E.G.-ontwikke lingen van belang, dat de totstandkoming van nieuwe vormen van privaatrechtelijke samen werking tussen verschillende geledingen zo weinig mogelijk door wettelijke maatregelen wordt verhinderd of belemmerd. Inmiddels betekent de afschaffing van de tuinbouwafzetverordening nog geenszins, dat de tuinder vrij is in de verkoop van zijn pro- dukten. De leden van een veiling hebben zich nl. vrijwillig verplicht hun produkten gezamen lijk aan te bieden. Het grote nut van de veiling is dat een concentratie van vraag en aanbod tot stand wordt gebracht, waardoor een goede prijsvorming wordt bevorderd. De veilingen - aangesloten bij het Centraal Bureau voor Tuin bouwveilingen zullen thans hun krachten na tionaal nog beter kunnen bundelen. Men zal nu ook contracten kunnen gaan afsluiten met grootwinkelbedrijven die geïnteresseerd zijn in een stabiele prijs en regelmatige levering ge durende langere tijd. Wellicht zal het opheffen van het verbod tot het verrichten van handels- Eext f 4 miljoen Onlangs heeft het totaal van de spaargelden van de Coöp. Boerenleenbank ,,Eext" de 4 mil joen bereikt. De heer H. Homan Jzn., aan wie dit feit te danken was, werd beloond met een gratis bij schrijving van 50,op zijn spaarboekje. De beide spaarders, die voor en na de heer Homan hun storting deden, ontvingen ieder een bijschrij ving van 25, daden een goedkopere afzet en distributie van groenten en fruit in de hand kunnen werken. Ook is het mogelijk dat een gewenste concen tratie van de veilingen nu sneller en efficiënter kan worden doorgezet. Tuinbouw in de E.E.G. Het invoeren van een gemeenschappelijke marktpolitiek in de sector groenten en fruit is tot nu toe veel geruislozer verlopen dan in de andere sectoren van het agrarisch bedrijfs leven. Dit kan worden toegeschreven aan het feit, dat op de bestaande praktijk is aange sloten. De onderlinge handel binnen de Zes is althans voor de eerste kwaliteit van een groot aantal groenten- en fruitsoorten ont daan van kwantitatieve beperkingen terwijl de invoerrechten tot op de helft zijn teruggebracht. Overigens kende ons voornaamste afzetgebied, Duitsland, reeds een zeer liberale importpoli- tiek. België en Frankrijk nemen nu ook gemak kelijk Nederlandse tuinbouwprodukten af, zoals sla en tomaten. Inmiddels wordt thans druk gediscussieerd over nieuwe voorstellen voor marktinterventie, het uit de markt nemen van de aanvoer wanneer de omstandigheden daartoe nopen. Zelf kennen we een dergelijke regeling reeds lang, via de z.g. „doordraai" waarbij produkten uit de markt worden genomen met behulp van door de telers zelf gevormde fondsen. De Europese Commis sie beveelt nu de andere lid-staten aan om de oprichting van erkende telersverenigingen of producentenorganisaties, in navolging van onze veilingen, te stimuleren. Deze telersver enigingen zouden de produktie zoveel mogelijk aan de afzetmogelijkheden moeten aanpassen. Bovendien stelt de Europese Commissie voor de aankoop van overschotten, tegen gemeen schappelijke minimumprijzen, te financieren uit Europese fondsen. Het Nederlands tuinbouw bedrijfsleven ziet in deze voorstellen grote ge varen. Het hanteren van een minimumprijs door de overheid kan het karakter krijgen van een inkomenspolitiek waarbij niet uitsluitend onver koopbare voorraden uit de markt worden ge nomen. Bij te hoge minimumprijzen zou een onverantwoorde produktie-uitbreiding kunnen plaats hebben. 368

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1964 | | pagina 10