middenstand
De jonge middenstander, die in een bepaalde
branche wil beginnen, en de ondernemer, die
van bedrijf verandert, staan vaak diverse mo
gelijkheden ter beschikking. Hij kan het bedrijf
ineens kopen of het bedrijf geleidelijk in eigen
dom verkrijgen door middel van huurkoop, ter
wijl ook in sommige gevallen huur van het be
drijf mogelijk is.
Bij de overdracht van een onderneming
speelt de waardebepaling van de goodwill dik
wijls een belangrijke rol. Hiervoor worden per
branche verschillende vuistregels gebruikt. In
feite vertegenwoordigt goodwill de gekapitali
seerde overwinst. Nu is er echter niets zo ris
kant als het element overwinst, zodat men met
het kapitaliseren daarvan de nodige reserve in
acht dient te nemen.
Het huurcontract zal vaak ingewikkelder zijn
dan de akte van koop en verkoop omdat de
partijen voor een veel langere tijd met elkaar
te maken krijgen. De verhuurder zal allerlei
clausules moeten inbouwen die hem vrijwaren
tegen het risico, dat de door hem opgebouwde
zaak waardevermindering ondergaat.
Naast huurkoop als vorm van geleidelijke
overdracht van het bedrijf kan gedacht worden
aan de mogelijkheden welke verschillende ven
nootschapsvormen bieden.
Zo is het bij de vennootschap onder firma
mogelijk, dat de jonge firmant, die alleen zijn
arbeid inbrengt, uit de geleidelijk te verkrijgen
winstaandelen het bedrijf overneemt. De over
neming kan dus geruisloos plaatshebben op
basis van het overnemingsbeding. Gedacht
dient te worden aan de belangen van even
tuele erfgenamen enerzijds en aan de continuï
teit van het bedrijf anderzijds.
Ook de groeiproblematiek heeft in dit boek
de nodige aandacht gekregen. Geconstateerd
wordt, dat het aantal vestigingen van midden-
en kleinbedrijven achteruitgaat bij een toeneming
van het aantal inwoners. Wil de middenstander
zijn inkomen gelijke tred doen houden met dat
van de arbeiders en employé's, dan is een
voortdurende schaalvergroting bittere noodzaak.
Zo leverde een vooroorlogs kruideniersbedrijf
met een jaaromzet van f 100.000,een inko
men van 6.000,- a f 7.000,op. Onder
huidige omstandigheden wordt een zelfbedie
ningszaak eerst goed rendabel bij een omzet
van f 300.000,per jaar en supermarkets
moeten minstens 800.000,per jaar omzet
ten, terwijl de gemiddelde omzet van de Neder
landse supermarkets f 2,8 miljoen bedraagt.
Wel stijgen de bestedingen van de gezinnen,
maar toch zal er een verdere toename van het
aantal klanten per vestiging nodig zijn om de
detaillist een inkomen te verschaffen dat in
juiste verhouding staat tot dat van de andere
bevolkingsgroepen.
Groei van het midden- en kleinbedrijf blijft
noodzakelijk. Deze groei dient echter niet ge
forceerd plaats te vinden maar moet gebaseerd
zijn op een verantwoorde financiering.
Wij hebben het boek met belangstelling ge
lezen. Op tal van punten kan een parallel ge
trokken worden met de agrarische bedrijven,
met name ook voor wat betreft het vraagstuk
van de financiering. Het is bekend, dat de
tegenwoordige middenstander, evenals zijn
agrarische collega, voor moeilijke financierings-
opgaven staat. Door de evolutie in het maat
schappelijk leven wordt het kleine zelfstandige
bedrijf onder zware druk gezet.
Toch kan dit element niet uit onze samen
leving worden weggedacht. Sociologisch en
economisch vertegenwoordigt het een volks
belang.
„Bedrijfsopvolging in de Middenstand" werd samenge
steld door een werkgroep bestaande uit: P. L. Dijk,
mr. H. D. M. Lambooy, mr. G. van Muiden, mr. F.
Portheine, mr. C. E. de Rooy, drs. G. van Westrienen
en dr. J. P. I. van der Wilde.
355