woongebieden, planning, kredietverzekering en
interne controle aan de orde. Het vereiste van
algemene interesse beperkte daarbinnen de
keuze.
Voorts bleek het niet altijd eenvoudig een
probleemstelling te formuleren. Het is immers
van belang, dat van het kernprobleem iets uit
dagends uitgaat, waardoor de discussie kan
worden gestimuleerd.
Na het vinden van het kernprobleem is het
meestal wel mogelijk en dikwijls ook noodzake
lijk verder te gaan naar een ander terrein, dat
voor de deelnemers eveneens interessant is. Bij
de vragen, die zich b.v. kunnen voordoen bij de
uitvoering van de functie van de kredietbewa
king, zullen moeten worden betrokken: de be
oordeling van kredietaanvragen, de grondslagen
van de financiering, de balansbeoordeling en de
normen voor de verzorging van het kredietdos
sier.
Ten aanzien van de opleiding doen zich vra
gen voor over de ontwikkeling van de kassiers
functie, over de verhouding tussen opleiding,
functie en taak, tussen theorie en praktijk, tus
sen kennis en vaardigheid, tussen opleidings
capaciteit en plaatsingsmogelijkheid enz. Hier
door komt men vanzelf bij het personeelsbeleid,
waarin dikwijls het advies van de kassier wordt
gevraagd, bij de regelmatige bijscholing, bij de
promotiemogelijkheid binnen de organisatie, bij
het scheppen van ontplooiingsmogelijkheden in
de werksituatie enz.
Een derde gebied, dat veel belangstelling
kreeg, was de wijze van bewerking van het
werkgebied, de ontwikkelingen welke zich daar
in kunnen voordoen, alsmede de planning en
alles wat daarmede samenhangt.
De ochtendbijeenkomst had een geanimeerd
verloop. Na de gemeenschappelijke lunch hield
de heer K. B. van Steenwijk een inleiding over
communicatie en discussiegroepen, waarbij te-
353