ad b. en c. Eigen recht van de benadeelde Men noemt dit ook wel de rechtstreekse actie van de benadeelde. Dit recht vormt een van de kernpunten van de wet. De benadeelde krijgt het recht zijn schade vordering rechtstreeks bij de assuradeur van de schuldige bestuurder of eigenaar in te dienen. Hij is niet meer aangewezen op de medewerking van hem, die de schade veroorzaakte, en met geschillen tussen de verzekeraar en de ver zekeringsnemer heeft hij niets te maken. De maatschappij kan geen uitkering weigeren om dat de verzekering om een of andere reden niet van kracht zou zijn geweest. Wanneer een ver zekerde dus niet op tijd zijn premie heeft be taald; iemand heeft laten rijden, terwijl hij wist dat de bestuurder geen rijbevoegheid bezat; de auto was verhuurd zonder dat verhuur was medegedekt; of de verzekerde, om welke reden dan ook, niet aan zijn verplichtingen heeft vol daan, kunnen deze uitsluitingen en bepalingen aan de benadeelde niet worden tegengeworpen. Verzekeraar heeft recht van verhaal op de ver zekeringsnemer. De wet zegt dat de verzekeraar, voor het geval hij een uitkering aan de bena deelde heeft moeten doen, terwijl hij zich tegen over deverzekerde op een uitsluiting zou kunnen beroepen, het recht heeft het door hem uitbe taalde schadebedrag op zijn verzekerde te ver halen. In de verhouding verzekerde-verzekeraar ver andert er derhalve in zoverre niets dat eerst genoemde zich aan de polisbepalingen moet blijven houden. ad d. Waarborgfonds Het waarborgfonds treedt in werking in de volgende gevallen: 1. De verzekeringsplicht is niet door de schul dige gemotoriseerde weggebruiker in acht genomen. Het waarborgfonds betaalt dan de schade indien en voor zover het schadebe drag niet op de schuldige kan worden ver haald (dit kan zijn de eigenaar, de houder, bestuurder of passagier van het motorrijtuig). Dit geldt ook ten aanzien van de „gemoeds bezwaarden". Welke personen dit zijn wordt hieronder vermeld. In eerste instantie dient dus de schuldige te worden aangesproken. Voor het geval deze insolvabel mocht zijn, springt het waarborgfonds in. 2. De veroorzaker van het ongeval is onbekend gebleven. Vast staat dat het slachtoffer geen schuld heeft. In dat geval kan het waarborg fonds rechtstreeks worden aangesproken. 3. De schade is veroorzaakt door een bestuur der, die door diefstal zich de macht over het motorvoertuig heeft verschaft. 4. De assuradeur blijkt insolvabel te zijn. Het waarborgfonds behoeft slechts die scha den te vergoeden, die f 100,te boven gaan, met uitzondering van schaden door gemoeds bezwaarden, welke vergoed worden mits zij f 50,te boven gaan. Verhaalsrecht waarborgfonds Wanneer het waarborgfonds betaald heeft, heeft het verhaalsrecht: 1. tegen alle aansprakelijke personen (ook de gemoedsbezwaarden 2. tegen hem die zijn verzekeringsplicht niet is nagekomen; 3. tegen de verzekeraars van aansprakelijke personen. Bestuur en middelen waarborgfonds Het bestuur van het fonds, dat als rechtsper soon te 's-Gravenhage is gevestigd, wordt op gedragen aan een directeur, die benoemd en ontslagen wordt door de minister van Financiën. De Staat waarborgt de verplichtingen van het fonds. Tevens wordt een commissie van toezicht in het leven geroepen. In deze commissie hebben de volgende leden zitting: a. een vertegenwoordiger van het ministerie van Financiën als lid en voorzitter; b. twee vertegenwoordigers van de minister van Justitie; c. een vertegenwoordiger van de minister van Verkeer en Waterstaat; d. twee vertegenwoordigers van de verzeke raars; 348

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1964 | | pagina 26