NIEUW BANKGEBOUW IN DRONTEN 200 miljoen, waarvoor de inschrijving was opengesteld op 15 oktober jl. tegen 981/2 een stempel gedrukt. Het verrassende element van deze leningoperatie school zowel in het tijdstip, waarop deze werd uitgevoerd als in de koers, waartegen de uitgifte geschiedde. In de Miljoenennota was immers uiteengezet, dat het Rijk voor de financiering op lange termijn voor het lopende jaar nog slechts rond f 110 mil joen nodig had en het volgende jaar voor slechts ca. f 200 miljoen een beroep op de publieke kapitaalmarkt zou moeten doen. Men had daarom in beurskringen gemeend, dat met de dekking van het behoeftensado voor 1964 geen haast zou worden gemaakt en dat even tueel tegen het einde van dit jaar of in het be gin van het volgende jaar een staatslening van in totaal 300 miljoen zou worden uitgegeven. Dat men niet zo lang heeft willen wachten kon als een aanwijzing te meer gelden, dat de handhaving van de hoge rentestand thans door de instanties noodzakelijk wordt geacht om de investeringen af te remmen en aldus een zo spoedig mogelijk herstel van het evenwicht op de betalingsbalans te bevorderen. In het kader van dit streven was deze emissie dan ook te vens gericht op een afroming van de kapitaal markt. Enkele dagen tevoren had minister Witte- veen te kennen gegeven, dat z.i. van een noe menswaardige verruiming van de kapitaalmarkt niets te bespeuren viel en dat er geen aanwij zingen waren, dat de recente lichte daling van de rentevoet zich zou voortzetten. Het ligt voor de hand, dat de bewindsman bij die prognose reeds rekening hield met de aan te kondigen staatslening en het beroep, dat ook van andere zijde (in de eerste plaats door de Bank voor Nederlandsche Gemeenten) op korte termijn op de kapitaalmarkt zou worden gedaan. De minister heeft er overigens daarbij geen Dinsdag 13 oktober 1964 opende de heer H. te Kolsté, onderdirecteur van de Coöp. Centrale Raiffeisen-Bank, het nieuwe gebouw van de Raiffeisenbank „Oostelijk Flevoland" te Dronten. De opening werd verricht in tegenwoordigheid van een kleine groep genodigden, onder wie de landdrost dr. ir.W. M. Otto, de plaatsvervangend landdrost K. van Aalderen, de heren mr. O. S. Ebbens en A. D. van Eek van de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders en ir. J. Dijkstra van de Dienst der Zuiderzeewerken. De vertegenwoordiger van de ring Overijssel roemde in zijn toespraak het bestuur van de bank, dat grotendeels uit jonge mensen bestaat, die zich echter niet door jeugdige overmoed, maar door gezond verstand hebben laten leiden en die zich hebben laten raden door ervaren mensen uit de Noordoostpolder. Namens de landbouworganisaties werd het woord gevoerd door de heer H. P. H. Waalkens, die erop wees, dat de raiffeisenbanken steeds een belangrijke rol hebben gespeeld in het bedrijfsleven in de landbouw. Namens de coöperatieve instellingen in de nieuwe polder bood de heer J. M. J. Vos een zwaar verzilverde sigaren- en sigaretten doos aan. De dag na de opening, woensdag 14 oktober, werden door een vliegtuig boven de verschillen de woonkernen van de nieuwe polder attracties gedropt. 339

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1964 | | pagina 17