De 9e algemene vergadering van de
C.I.C.A. te Scheveningen
Gedurende de tweede week van september
zal te Scheveningen de negende algemene ver
gadering van de Confédération Internationale
du Crédit Agricole plaatsvinden. Een grote
groep van deskundigen zal ditmaal in Neder
land bijeenkomen om in internationaal verband
van gedachten te wisselen over de problema
tiek van het landbouwkrediet.
De geschiedenis van de C.I.C.A. voert ons
terug tot het jaar 1932. Tijdens een congres, be
legd door de Internationale Federatie van Land
bouwdeskundigen te Rome, werd besloten het
landbouwkrediet als afzonderlijk onderwerp in
internationaal verband te gaan bestuderen.
Hiertoe werd in het leven geroepen een aparte
organisatie, genaamd „Conférences Internatio-
nales du Crédit Agricole".
Het landbouwkrediet had reeds eerder ge
durende de twintiger jaren zijn stem laten horen
ter gelegenheid van verscheidene internationale
handels- en landbouwconferenties. Eén der
grote voormannen was de inmiddels overleden
professor L. Tardy.
Dank zij bovengenoemde in 1932 opgerichte
organisatie werd een regelmatige gecoördi
neerde studie en een doelmatig georganiseerde
gedachtenwisseling mogelijk over de veelheid
van economische en financiële problemen bij de
kredietverlening aan de landbouw. Sedertdien
volgden vergaderingen elkaar op met een tem
po van dikwijls meer dan een per jaar. Plaatsen
van samenkomst waren o.a. Berlijn, Boedapest,
Rome, Wenen, Den Haag, Zürich en Tripoli.
Het eerste internationale congres werd in
1938 te Rome gehouden. Uitgangspunt was de
gedachte van de onmisbaarheid van de land
bouw voor de wereldeconomie en de grote be
tekenis van het landbouwkrediet voor de pro-
duktiviteitsverhoging.
Gedurende de tweede wereldoorlog werden
geen activiteiten ontwikkeld, terwijl de hoofd
zetel van Rome naar Zürich werd overgebracht.
In 1947 tijdens de eerste na-oorlogse verga
dering te Genève werd besloten een geheel
zelfstandige organisatie op te richten, onder de
naam Confédération Internationale du Crédit
Agricole. Dit besluit werd te Zürich in 1950 ten
uitvoer gebracht. Ter gelegenheid van deze
eerste algemene vergadering van de C.I.C.A.
werd gewezen op de behoefte aan landbouw
krediet, de groei van kredieten op korte termijn
en het ontbreken van investeringskredieten.
Voorgesteld werd een studie te maken van een
Internationaal of Europees instituut voor land
bouwkrediet.
Verder werd noodzakelijk geacht contacten
met diverse internationale organisaties zoals
F.A.O. en C.E.A. te onderhouden en een C.I.C.A.-
bulletin te gaan uitgeven.
De rij van regelmatig opeenvolgende alge
mene vergaderingen werd tweemaal onderbro
ken door een groot internationaal congres over
het landbouwkrediet nl. in Rome en in Parijs. Bij
het in 1953 in Italië gehouden congres kregen
met name de speciale kredieten bij landbouw
hervormingen de aandacht. In 1957 te Parijs
werd gesproken over hulp aan jonge boeren,
financiering van mechanisatie, van ruilverkave
ling en van de handel in landbouwprodukten.
De deelnemende landen leverden ieder een bij
drage tot deze onderwerpen, terwijl daarnaast
een overzicht werd gegeven van de stand van
zaken met betrekking tot het landbouwkrediet
in ieder van de desbetreffende landen.
Studieonderwerpen, welke een voortdurende
aandacht vereisen, hebben geleid tot het instel
len van speciale studiegroepen, bijvoorbeeld een
studiegroep voor de Gemeenschappelijke Markt
en één die zich speciaal op het coöperatief
landbouwkrediet toelegde. Dit laatste onder
werp wordt regelmatig bestudeerd in samen
werking met een soortgelijke werkgroep van de
Confédération Européenne de l'Agriculture.
Deze organisatie, welke uit 1889 stamt, heeft als
doel op internationaal vlak de Europese land
bouwbelangen te vertegenwoordigen en bij te
dragen tot de vooruitgang in de landbouw.
Sedert 1960 hebben regelmatig gemeenschap
pelijke vergaderingen van de beide werkgroe
pen van C.E.A. en C.I.C.A. plaatsgevonden.
De volgende punten bleken hierbij van belang:
uitwisseling van gegevens betreffende orga
nisatorische opbouw en werkwijze van el-
kaars landbouwkredietinstellingen;
onderzoek van de eisen welke de moderne
landbouw aan de kredietverlening stelt;
onderzoek van de mogelijkheden tot inter
nationale samenwerking;
237