REGISTRATIE VOORSCHOTVERLENING
Het verkrijgen van juiste en volledige ge
gevens ten behoeve van een omvangrijk sta
tistisch onderzoek kost als regel veel tijd. Dit
zelfde geldt voor de verwerking van de ont
vangen gegevens.
Als gevolg hiervan zijn na een dergelijk on
derzoek de verkregen resultaten weliswaar niet
actueel meer, doch van groot belang voor de
kennis van de samenstelling van de krediet- en
voorschotverlening. Ook de ontwikkeling daar
van in de loop der jaren kan daardoor nauw
keurig worden beoordeeld. Nu de registratie
van de voorschotten naar de stand per 31 de
cember 1961 is gereedgekomen, kwamen tal van
gegevens ter beschikking. Deze betreffen onder
meer aan wie en tot welk bedrag voorschotten
zijn verleend, de zekerheid voor deze voor
schotten, het doel waarvoor zij verleend zijn,
alsook de aflossingsvoorwaarden. Het is in dit
kader niet mogelijk alle facetten te behandelen.
Wij zullen er dan ook mee volstaan ditmaal
enig inzicht te geven omtrent de indeling van
de voorschotten op basis van het beroep van
de voorschotnemer. Alvorens dit te doen moet
opgemerkt worden, dat per 31 december 1961
door de aangesloten banken ruim 127.000 voor
schotten aan natuurlijke personen waren ver
strekt tot een bedrag van 950 miljoen. Onder
dit aantal en bedrag zijn de hypotheken be
grepen.
Van deze 127.000 voorschotten waren aan
agrariërs 46.800 voorschotten verstrekt tot een
bedrag van 392,6 miljoen. Dit betekent dat
37 van het aantal en 41 van het bedrag
aan individuele agrariërs was verstrekt. Van
deze agrariërs namen de houders van een ge
mengd bedrijf de voornaamste plaats in met
21.000 voorschotten tot een bedrag van f 151
miljoen.
Ook de voorschotverlening aan veehouders
neemt een belangrijke plaats in met 108 mil
joen, verdeeld over 12.500 voorschotten.
Aan tuinders waren verstrekt 7.200 voorschot
ten tot een bedrag van 68 miljoen. Van de
niet-agrarische voorschotten aan natuurlijke
personen waren aan handarbeiders 31.700 voor
schotten tot een bedrag van f 123 miljoen ver
strekt. Het verstrekte bedrag aan hoofden van
niet-agrarische bedrijven is met 148 miljoen
evenwel hoger dan dat verleend aan handar
beiders, het aantal posten is met 11.600 lager.
Ook aan personen uit detailhandel en ambacht
is met 138 miljoen een fors bedrag verleend,
dat verdeeld is over 16.800 voorschotten. Aan
hoofdarbeiders en beoefenaars vrije beroepen
zijn 13.200 voorschotten verstrekt tot een be
drag van 106 miljoen.
Uit de nadere onderverdeling van de bovenge
noemde hoofdgroepen blijkt dat de aangesloten
banken welhaast alle beroepscategorieën ten
dienste staan voor een financiering.
Ureterp 5 miljoen
De heer S. Hoekstra deed door zijn storting
het totaal aan spaargelden de 5.000.000 over
schrijden.
Mevrouw Hoekstra, die in de bloemetjes werd
gezet, kijkt glimlachend toe hoe haar man uit
handen van de voorzitter van het bestuur de
gebruikelijke enveloppe met inhoud ontvangt.
36