Wat ons bezig houdt
DE SPAARRENTE
De ontwikkeling van de besparingen in janu
ari 1964 geeft alleszins reden tot tevredenheid.
De aanwas met 38 miljoen, was slechts 2,3
miljoen geringer dan in januari van het record
jaar 1963. Men zou er zelfs de conclusie aan
kunnen verbinden, dat de recente onrust, die
zich op het terrein van de spaarrente openbaart,
blijkbaar nog niet tot de gelederen van onze
spaarders is doorgedrongen.
In een groot deel van het land is dit ook wel
zo, maar in een ander deel en vooral in het
stedelijke deel is dit beslist anders.
De telefoon op de afdeling „spaarzaken" van
de Centrale Bank staat niet stil. Verontruste
kassiers vrezen, dat de aanwas in februari
achterblijft en vragen dringend om advies.
Het liefst zou men hals over kop een nieuw
rente-advies ontvangen, waarmee men alle con
currenten met één klap van de tafel kon vegen.
Zo eenvoudig is het echter niet.
Het algemene rente-advies van de Centrale
Bank is gericht en moet gericht blijven
op het belang van de gehele organisatie.
Dit belang brengt mede: het bevorderen van
een ruim vloeiende spaargeldstroom, die als
basis kan dienen voor de steeds groeiende
kredietbehoefte van de veelzijdige cliëntèle van
onze banken.
Rente-excessen zijn daarbij aan beide zijden
de spaarzijde en de kredietzijde uit den
boze.
Wel is het natuurlijk tijd ons opnieuw af te
vragen of het thans geldende advies nog in
alle onderdelen aan de eisen van de dag vol
doet.
Voor de hoofdzaak kunnen we deze vraag
bevestigend beantwoorden.
Het rente-advies voor direct opvraagbaar
spaargeld, 3 a 3% is ook thans nog volko
men verantwoord, ook al verliest de minimum
rente van 3 door de ontwikkeling geleidelijk
haar betekenis.
Voor een verhoging van de rente voor direct
opvraagbare spaargelden boven 3% is
wij zeggen het met nadruk bijna nergens
reden. Een wijziging van dit voorname onder
deel van ons rente-advies is dan ook voorals
nog niet te verwachten.
Enigszins anders ligt het probleem van de
rente voor termijnspaargelden. Hier oefent de
stijging van de obligatierente tot 5 en daar
boven, alsmede de aankondiging van rentes van
4 en 4% voor de deposito's met een jaar
opzegging, invloed uit op een deel van onze
spaarders.
Voor zover dit spaarders zijn, die thans van
de mogelijkheid om in obligaties te beleggen
gebruik willen maken, zal een verhoging van
de rente voor termijnspaargelden vermoedelijk
weinig invloed op hun plannen hebben.
Voor zover het echter de bijzondere cate
gorie spaarders en potentiële spaarders
betreft, die belangstelling hebben voor het spa
ren op termijn, kan het ontbreken van de moge
lijkheid om een „aangepaste" rente te bieden,
voor de banken een bezwaar opleveren.
Het ligt dan ook in de rede, dat de aanpas
sing van het rente-advies op dit onderdeel is
gezocht.
Met de nieuwe spaarvorm: spaardeposito voor
twee jaar vast (opzegging), is een nieuw wapen
aan het spaararsenaal toegevoegd, dat, mits
verstandig gebruikt, versterking van onze posi
tie als spaar- en kredietbank kan betekenen.
RAIFFEISENBANK WILNIS OPGERICHT
De oprichting van een nieuwe raiffeisenbank
is niet een alledaagse gebeurtenis.
Onder invloed van het concentratieverschijn
sel is in de laatste jaren het aantal leden-banken
geleidelijk verminderd, niettegenstaande dat het
aantal bankvestigingen van de Raiffeisenorgani-
satie toch aanmerkelijk is toegenomen.
In het algemeen kon aan de behoefte van de
nieuwe woongebieden worden tegemoetgeko
men door de vestiging van kleine bijkantoren,
terwijl fusie van banken in verschillende ge
vallen tot grotere en sterkere eenheden heeft
geleid.
Wilnis ligt in het aantrekkelijke gebied van de
Ronde Venen, in de omgeving waarvan verschil
lende dorpen zijn gelegen, wier toekomst min
of meer wordt bepaald door de mate waarin de
industrievestiging zich daar voltrekt. Hoewel
34