vankelijke ramingen zal blijven, kan, na hetgeen
met betrekking tot het verloop van be handels
balans inmiddels werd gepubliceerd, weinig ver
wondering baren. Gebleken is immers dat het
tekort op onze handelsbalans in 1963 met 877
miljoen tot 3.6 miljard is gestegen.
Inflatiestemming bekoeld
In het licht van het voorgaande is het vol
komen begrijpelijk, dat de inflatieverwachtingen
inmiddels sterk zijn bekoeld. Aangenomen dat
de regering erin zal slagen de wilde prijsstij
gingen tot staan te brengen, zal men er van
mogen uitgaan, dat nu ook de arbeidersorgani
saties voor de naaste toekomst geen nieuwe
looneisen zullen stellen. Zulks te meer daar ook
in deze kringen, juist op grond van hetgeen zich
in de eerste weken van dit jaar heeft afge
speeld, het inzicht is gerijpt, dat een ongebrei
delde loon- en prijsspiraal een gezonde econo
mische ontwikkeling in gevaar zou brengen en
de kans op werkloosheid zou vergroten.
Voor zover de ondernemingen de verhoging
van de produktiekosten niet in de consumenten
prijzen zullen kunnen doorberekenen, zullen hun
winstmarges in eerste aanleg krimpen. Hiervan
zal weer een sterke prikkel uitgaan tot opvoe
ring van de arbeidsproduktiviteit en tot vergro
ting van de winstmarges.
Men zou dus kunnen stellen dat het monetair-
economische evenwicht moet worden hersteld
van onder af door het drukken van de produk
tiekosten per eenheid. En voor zover de
ondernemingen er niet in slagen hun arbeids
produktiviteit op te voeren, zullen de grotere in
komens van de werknemers het ondernemings
inkomen aantasten. Dit vooruitzicht vormt de
feitelijke oorzaak van de reactie die, na de aan
vankelijke inflatiestemming, op de aandelen
markt is ingetreden.
Emissie Bank voor Ned. Gemeenten
Een inflatoire stemming heeft derhalve voor
een deflatoire stemming plaats gemaakt. Dat
zulks op de obligatiemarkt geen herstel heeft
kunnen teweeg brengen, vindt zijn verklaring in
de reeds vermelde verwachting van een toe
nemende schaarste aan liquiditeiten, gepaard
gaande aan een vergroting van de financiële be
hoeften.
Terwijl het er juist naar begon uit te zien dat
het evenwicht op de leningmarkt zich begon te
herstellen of althans de koersdaling daar tot
staan was gekomen, heeft de aankondiging van
een nieuwe lening door de Bank voor Neder-
landsche Gemeenten als een koude douche ge
werkt en die illusie abrupt verstoord. Ten tijde
van het verschijnen van de Raiffeisen-Bode be
hoort deze emissie-operatie reeds tot het ver
leden, doch bij het schrijven van dit overzicht
moest deze leningoperatie nog plaats vinden.
De leningvoorwaarden waren niet mis. Immers
werd de rentevoet niet alleen op 5 vastge
steld, doch de koers van uitgifte bovendien be
paald op 99 Nog op 2 september van het
vorige jaar was de laatste lening van de Bank
voor Nederlandsche Gemeenten uitgegeven met
slechts een rentevoet dan 4% bij een uit-
giftekoers van 99% Het rendement van die
vorige lening, waarvan de looptijd 30 jaar beliep,
kwam uit op slechts 4.307 terwijl de thans
geëmitteerde lening bij een vijf jaar kortere loop
tijd een rendement afwerpt van 5.099 Op het
ogenblik van aankondiging bewoog het gemid
delde rendement van de uitstaande leningen der
Bank voor Nederlandschen Gemeenten zich oc
een niveau van omtrent 5%, met dien verstande,
dat het effectieve rendement voor leningen met
een gemiddelde looptijd tussen 9 en 15 jaar
doorgaans iets hoger en van enkele leningen
met langere looptijd eerder iets lager dan 5
uitkwam.
Overigens willen wij in dit verband nog her
inneren aan de opmerking, reeds in ons vorige
maandoverzicht gemaakt, waarbij wij er op
wezen, dat men een 5 lening van de Bank
voor Nederlandsche Gemeenten, indien deze
a pari zou worden uitgegeven, in bankkringen,
toen, begin januari dus, reeds te duur achtte en
dat volgens de heersende meningen de koers
van uitgifte beneden pari diende te worden ge
steld, zoals thans dus ook is geschied.
Meldden wij de vorige maal dat de hypotheek
banken de afgifte van 4% pandbrieven heb
ben moeten staken en begin 1964 op het 5%
43