Het totaal der aan de aangesloten banken toevertrouwde middelen kwam reeds in augustus van het vorige jaar boven de 4 miljard te liggen en heeft, zoals uit het onderstaande staatje blijkt, thans deze mijlpaal reeds ver overschreden. Toevertrouwde middelen per 1/1 (incl. rente) mutatie in jaar 1960 2.748,7 282,4 1961 3.031,1 387,4 1962 3.418,5 400,3 1963 3.721,2 558,8 1964 4.280,0 De reserves van de aangesloten banken stegen In 1963 van 124 miljoen tot f 136,5 miljoen (incl. bijgeschreven rente). Omvang kredietverlening boven f 2 miljard Ook de omvang van de kredietverlening heeft een recordbedrag bereikt. Met f 2.133,0 is thans voor het eerst in de geschiedenis van onze organisatie het bedrag van f 2 miljard overschreden. De opgaande lijn in de ontwikkeling van de kredietverlening aan de zogenaamde „eigen kring" van onze banken blijkt uit het volgende staatje: Eigen kring 1960 1.118,0 194,2 1961 1.312,2 260,1 1962 1.572,3 277,4 1963 1.797,1 367,9 1964 2.165,0 Alle onderdelen van de kredietverlening hebben tot deze grotere stijging bijgedragen. De debet- saldi in lopende rekening namen toe met f 43,9 miljoen (v. j. f 8,3 miljoen), de voorschotten en hypotheken aan natuurlijke personen met 308,4 miljoen (v. j. f 233,8 miljoen) en de leningen aan rechtspersonen met 35,6 miljoen (v. j. f 35,3 miljoen). Behalve wat de debetsaldi in lopende reke ning betreft zijn al deze bedragen groter dan ooit in vorige jaren. Van de aanwas der toevertrouwde middelen (incl. rente) werd in 1963 65,8 uitgezet in eigen kring. Dit hoge percentage ligt echter lager dan het wel exceptioneel hoge percentage van 69,3% dat in 1962 van de aanwas in eigen kring werd uitgezet. Het percentage van het totaal der aan de banken toevertrouwde middelen per 1 januari 1964, dat in eigen kring was uitgezet, lag echter weer hoger dan in vorige jaren. Uitzettingen in eigen kring in van toevertrouwde middelen aanwas toevertrouwde middelen per 1/1 incl. rente uitgezet in eigen kring 1960 40,7 68,7% 1961 43,3% 67,7% 1962 46,0% 69,3% 1963 48,3% 65,8% 1964 50,6 De tegoeden van de aangesloten banken in rekening-courant bij de Centrale Bank stegen in 1963 met 199,0 miljoen (v. j. f 117,0 miljoen) tot 1.682,0 miljoen (v. j. f 1.483,0 miljoen) alles inclusief rente. 4

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1964 | | pagina 6