een verzwaring van de kostenlast voor de vee houderij met zich brengen van f 230 miljoen, doch daar staan belangrijke voordelen tegen over. Deze kostenverzwaring zou worden ge compenseerd door afschaffing van de intrahef- fingen bij export van veredelingsprodukten naar landen van de gemeenschap en door verhoging van restituties bij export naar derde landen. Door het slechten van de belemmeringen in het interne verkeer zou het grote gevaar van een al te sterke uitbreiding van de veehouderijpro- duktie achter beschermende maatregelen in andere partnerlanden worden bezworen. Dan pas zou de Nederlandse landbouw, in het cen trum van het rijkste deel van de wereld, kunnen tonen in staat te zijn een krachtmeting met de veredelingsproduktie in andere partnerlanden het hoofd te bieden. Overleg over grondslagen prijsbeleid Aangezien voor granen en melk nog natio nale beslissingen moeten worden getroffen, is hierover thans intensief overleg gaande tussen de minister en de georganiseerde landbouw. In dit overleg zal moeten blijken in hoeverre inder daad aan de landbouw een hogere prioriteit wordt verleend bij de herverdeling van het na tionale inkomen. Na de verhoging van de melk prijs voor een interimperiode, na de verhoging van de suikerbietenprijs, zal thans ook in de nieuwe melkprijs en in de graanprijzen ruimte moeten worden geschapen, niet alleen voor het opvangen van de kostenstijgingen, maar ook voor de inwilliging van de bekende wensen van het Landbouwschap: inhalen van een achter stand, opvangen van risico's en ruimte voor in vesteringen ten behoeve van aanpassing en modernisering van de bedrijfsvoering en ver betering van de bedrijfsgebouwen. Te optimistisch? In het novembernummer van de Raiffeisen- Bode hebben wij er reeds op gewezen, dat .wanneer men er ook in het voor de landbouw gunstiger politieke klimaat in slaagt om verdere kostenstijgingen, als gevolg van de loonontwik keling, in voldoende mate in het prijsbeleid op te vangen, dan zeker mag worden gerekend op een verdere verbetering van de rentabiliteit in de landbouw". We hebben voorts gewezen op een verbetering in de marktsituatie van een aantal produkten, die zoals rundvlees, var kens en eieren van wezenlijke betekenis is voor de inkomensvorming van het agrarisch bedrijf. Uit verschillende reacties is gebleken, dat velen van mening zijn dat we de huidige situa tie in de landbouw te optimistisch beoordelen. In verband hiermede willen we nog wel eens zeer uitdrukkelijk stellen we hebben dat meermalen en ook in het bewuste november nummer gedaan dat de situatie op vele be drijven bepaald verre van rooskleurig is, dat vooral het laatste jaar op vele veehouderijbe drijven zelfs een noodsituatie is ontstaan. Maar toch zal niemand kunnen ontkennen dat de laatste maanden, zowel door het prijsbeleid als door de betere marktsituatie, ook verbeteringen zijn te bespeuren. Die mogen toch wel gesig naleerd worden. Vooral wanneer de verbete ringen van structurele aard zijn, mag men zich daarover verheugen, omdat zulks kan leiden tot versterking van de positie van de agrarische bedrijfstak. De landbouw zal er voor moeten waken de moed te verliezen. Er zal veel durf en initiatief moeten worden ontwikkeld om ge boden kansen in de zich sterk wijzigende om standigheden zo goed mogelijk te benutten. Verbeteringen consolideren Overigens zal het landbouwbedrijfsleven in het overleg met de regering er voor moeten zor gen, dat, in de thans welhaast revolutionaire ontwikkeling van lonen en prijzen, de landbouw niet achterblijft en verbeteringen worden ge consolideerd. Dit is niet eenvoudig, want de recente prijsverhogingen in de agrarische sec tor voor consumptiemelk, brood en suiker hebben reeds grote spanningen opgeroepen. Het is in dit verband ook voor de landbouw van betekenis dat in het E.E.G.-overleg werd be sloten voorshands in Nederland geen marga rineheffing in te voeren. De spanning aan het prijzenfront kwam ook tot uiting in het afrem- (vervolg zie blz. 14) 13

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1964 | | pagina 15