Een goede les Een van onze banken stuurde ons ter gelegen heid van een incasso oen op het oog normale akte toe. Op de plaats waar de echtgenote van de borg voor toestemming moest tekenen, stond een keurige handtekening terwijl de kassier, zoals gebruikelijk, met zijn handtekening de verklaring bekrachtigde, dat alle handtekeningen op de akte in zijn bijzijn waren gesteld. Vreemd keken wij dan ook op toen de echt genote van de borg verklaarde dat zij niets van de borgtocht afwist en dat de handtekening zeker niet van haar afkomstig was. Zoals men weet stelt de wet de eis, dat wan neer de man borg wordt, zijn echtgenote in deze borgstelling moet toestemmen ook al zijn de echtelieden niet in gemeenschap van goederen gehuwd. Alleen wanneer de man uit hoofde van zijn beroep of bedrijf borg wordt, behoeft de vrouw niet mee te tekenen. Wanneer de man borg wordt, zonder de ver eiste toestemming van zijn vrouw, kan deze vrouw de nietigheid van zulk een borgtocht in roepen. Daarvoor heeft zij een jaar de tijd nadat zij aan de weet is gekomen dat haar man borg is geworden. Voor de geldigheid van een borgtocht is het dus van het allergrootste belang dat de vrouw toestemt en dat van die toestemming schriftelijk en zonneklaar blijkt. Het is dus niet voor niets dat handtekeningen op de akten in het bijzijn van de kassier moeten worden geplaatst. In het onderhavige geval nu bleek, dat de kas sier de akte aan de hoofdschuldenaar had meegegeven en dat deze de akte, voorzien van een handtekening op de plaats waar de vrouw had moeten tekenen, heeft terugbezorgd. De hand tekeningen van hoofdschuldenaar en borg wer den toen in het bijzijn van de kassier geplaatst, die daarop verklaarde dat alle handtekeningen, ook die van de vrouw, in zijn bijzijn waren geplaatst. Uiteraard speelden hoofdschuldenaar en borg samen een bedriegelijk spel door te doen voor komen dat de handtekening van de echtgenote echt was. De grote fout ligt echter bij de kassier. Nim mer had hij een akte buiten zijn aanwezigheid mogen laten tekenen, tenzij hij terstond de echt heid van de handtekening had gecontroleerd. Even verkeerd was het van hem te verklaren dat ook de handtekening van de vrouw in zijn aan wezigheid was geplaatst. Het is duidelijk, dat deze omstandigheden maken dat de incasso van deze post groot ge vaar loopt, zeker wanneer dan nog blijkt dat hoofdschuldenaar en borg ook verder onbe trouwbaar zijn. Voor alle kassiers moge het een les zijn, dat de echtheid van de handtekening van de echt genote van de borg een allereerste vereiste is, waarmede niet genoeg voorzichtigheid betracht kan worden, wil de borgtocht waarde hebben. Groot-Ammers 4 miljoen De heer N. de Vos bracht met zijn inlage de spaargelden op 4 miljoen. Uit handen van de voorzitter ontving hij hiervoor een enveloppe met inhoud. Zijn echtgenote werd een boeket bloe men aangeboden. 392

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1963 | | pagina 26