mi 50 Jahre Schweizer Raiffeisenbote Deze woorden staan in grote letters op het speciale nummer, dat de Zwitserse Raiffeisen- Bode op 13 september jl. heeft laten verschijnen. Voor onze Zwitserse zusterorganisatie is 1963 een bijzonder jaar. In juni vierde men in het bijzijn van genodigden uit vele landen, onder wie een vertegenwoordiger van onze organisatie, de 60ste verjaardag van het „Verband Schweize- rischer Darlehenskassen" en in juli was het 50 jaar geleden, dat het eerste nummer van de „Schweizer Raiffeisenbote" verscheen. Wij grijpen deze gelegenheden gaarne aan om onze eigen Raiffeisen-Bode iets over de Raif feisenbote te laten vertellen. Onder Zwitserse raiffeisenbanken, die offi cieel de oude, door Raiffeisen zelf gebruikte naam van „Darlehenskassen" voeren, heeft de Raiffeisenbote een benijdenswaardige plaats. Toen men 50 jaren geleden na veel strubbelin gen en na een „geweldige discussie" tot uitgave van het blad besloot, werd door de algemene vergadering bepaald, dat iedere bank met honderd of minder leden zich op ten minste 10 exemplaren moest abonneren en dat voor ieder verder honderdtal of gedeelte van een honderdtal leden de bank nog eens 10 exem plaren moest afnemen. Die bepaling heeft het goed gedaan, want de maandelijks verschijnende Raiffeisenbote heeft thans 27.OOOabonnees,waarbij met trots vermeld wordt, dat 90 banken zelfs voor al hun leden een abonnement genomen hebben. Als wij hierbij bedenken, dat het Franstalige gedeelte van Zwitserland zijn eigen Franse raiffeisenbode, nl. de „Messager Raiffeisen", heeft, dan worden we haast jaloers op onze Zwitserse organisatie. Dr. Edelmann, de huidige redacteur van de „Raiffeisenbote" wijst het doel van het blad aan: „Ons verenigingsorgaan wil echter geen ver kondiger van nieuwtjes van alle dag zijn. Zijn doel is een heel andere. De verspreiding van de Raiffeisen-idee, het bespreken van de problemen in onze organisatie en de verdere ontwikkeling van besturen en leiding van de banken. Deze taak wordt tegenwoordig nog om vangrijker en veel omvattender dan vroeger. Daarom heeft het verenigingsorgaan na 50 jaren, ondanks de veelheid van Zwitserse bladen en het grote aantal nieuwsorganen, niets aan be tekenis ingeboet en heeft het zijn taak nog niet achter de rug. Deze taak blijft altijd nieuw." Aardig is, dat de Raiffeisenbote zich in een artikel „Jij en Ik" zelf tot de lezer richt. „Het is misschien niet altijd zo heel gemakkelijk in een concreet geval te zeggen: dit of dat kunnen we niet doen, omdat het in strijd is met de Raif- feisenprincipes. Ik zou willen proberen je te helpen trouw aan die principes te blijven". Hier sluit bij aan een brief, die een anonieme lezer aan het blad schrijft, hetgeen naar landsaard ge beurt onder de aanhef „Lieber Raiffeisenbote". Evenals dat in ons land het geval is geweest, heeft ook de Zwitserse raiffeisenorganisatie een krachtige ontwikkeling doorgemaakt. Het jubi leumnummer van de Raiffeisenbote vertelt over de moeilijke beginperiode, toen de bekende dominee Traber er voor gevochten heeft de Raiffeisen-idee in de praktijk te verwerkelijken. Vooral geestelijken, zowel protestantse als rooms-katholieke, hebben in de aanvang leiding aan de banken gegeven en hebben door hun toe treden als lid het goede voorbeeld gesteld. Slechts langzamerhand is bereikt, dat de men sen ook lid van de bank bleven, na het terug betalen van het ontvangen voorschot. Het Min I ii IIII I" 1 Zwaag Het nieuwe kantoor van de Raiffeisen- bank te Zwaag. 379

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1963 | | pagina 13