Man jö V en paard Overeenkomstig hetgeen wij reeds in ons vorige nummer schreven, nemen wij hieronder het vervolg op van de brief, die wij van de heer van Maldegem ontvingen. Dit gedeelte bevat twee verschillende onderwerpen, waarop natuurlijk ook afzonderlijk door onze lezers kan worden gereageerd. Hagelschade aan fruit. Geachte redactie De kop is alleen maar een aanleiding om iets over ver zekeringen te schrijven. Regelmatig worden onze banken geconfronteerd met het verzekeringsvak. Hetzij door een artikel in de R.B. zoals nu, hetzij door circulaires van de Centrale Bank zoals ook voor dit geval of anderszins door persoonlijke gesprekken hierover. Natuurlijk is elke bank autonoom en moet ze zelf dus weten of ze er wel of niet toe overgaat met een afdeling verzekeringen te beginnen. Daarmee begint een discussie over dit punt vrijwel altijd. Wanneer men als plaatselijke bestuurder om welke reden dan ook er niet veel voor voelt, dan blijkt in de loop van een gesprek toch wel, dat men goed in zijn schoenen moet staan om niet een beetje, zomaar in 't klein hieraan te beginnen. Natuurlijk is dit niet een aanval op de bankautonomie, maar dat er toch wel een beetje „gedrukt" wordt, zal ieder die het genoegen had een discussie met de Utrechtse verzekeringsheren mee te maken wel met me eens zijn. Dit is niet als kritiek bedoeld, maar enkel een constate ring. Wel vragen wij ons af, waarom er gedrukt wordt. Er bestaat kennelijk op dit punt bij vele banken om verschil lende redenen nogal tegenstand, terwijl andere banken zich reeds jaren op dit terrein bewegen en er bijkbaar wel bij varen. Nu is dit laatste, dat welvaren, wellicht moei lijk aantoonbaar; de baten zijn wel bekend, de lasten meesttijds maar bij benadering. Nu is mijn vraag, die ik in volgende nummers misschien wel beantwoord kan krijgen: ,,ls het behalen van een batig saldo, dus een verhoging van de rentabiliteit, het enige oogmerk, of spelen de (misschien) nevenvoordelen, als het aantrekken van meer cliënten, ook mee?" Voeren de banken zelf ook acquisitie, of nemen ze enkel hetgeen zo aan het loket komt terloops mee? Zijn de banken van mening, dat ze, in de gemeen schap waarin ze werken deze gemeenschap een dienst bewijzen met andere woorden kunnen ze het beter en/of goedkoper dan b.v. een bonafide vakman-agent op dit gebied? En hoe is het met de schaderege lingen? Zijn hiermee ook wel eens moeilijkheden en kost dit ook wel eens cliënten? Vragen, geachte redactie, die naar ik hoop in 't openbaar beantwoord mogen worden. Waarmede ik echter niet wil volstaan; ik wil proberen in 't kort hierover ook nog een persoonlijke mening te geven. Ten eerste wil ik opmerken dat wanneer u stelt, dat ook het belang van de bank gediend is met het onder brengen van hagelverzekeringen voor fruit bij de O.F.H. door de bank zelf, dit toch wel wat gekleurd is. In elke leningsakte kan toch de voorwaarden van hagelverzeke- ring, eventueel met cessie van uitkeringen, verplicht ge steld worden. En daarmee is toch het bankrisico gedekt? Verder vind ik het werk van afsluiten en onderbrengen van diverse verzekeringen bij een of andere maatschappij, die naast goede polisvoorwaarden de hoogst mogelijke provisie geeft, voor onze banken toch maar zo, zo. Ook kan ik het niet aanbevelen, wanneer in een bepaald ge bied, waar deze branche goed loopt en geen aanleiding geeft tot verkeerde toestanden en waar verder de bank een goede reputatie geniet, deze zelfde bank zou moeten gaan „inbreken" bij reeds gevestigde, hetzij onderlinge, hetzij particuliere verzekeringskantoren, en daarmee wel een zekere rentabiliteitsverbetering kan behalen, maar tevens afbreuk doet aan eigen reputatie en goodwill. Het probleem, waar de kassier van een bank, dit werk als „bijwerk" verricht wil ik gaarne onbesproken laten. Ik heb in een discussie met één uwer redactieleden het werk, wat hier gebeurt eens „Kruimelwerk" genoemd. Ik wil dat hier wel herhalen. En in dezelfde beeldspraak zeg gen, dat wanneer men brood wil eten, men niet moet be ginnen om de kruimels van de vloer en de tafel op te vegen, want van kruimels kan men geen brood meer maken. Deeg maken met veel gist erin en dan maar laten rijzen. Als we op dit gebied werkelijk wat willen, dan lijkt het me toe, dat u de mogelijkheden moet onderzoeken om te komen tot een alles omvattende N.V. Landbouwver- zekeringsbank, gewoon als dochtermaatschappij van de C C.R.B. De dan te behalen voordelen kunnen onvoorstel baar groot zijn. Zouden andere bestaande grote onder- lingen hiervoor niet te vinden zijn? En al het kleine goed, wat op dit gebied bestaat; er wordt tegenwoordig zoveel gekocht voor miljoenen. Waarom hier niet? Propaganda-activiteit Ten slotte nog een kleine reactie op propaganda-activi teit van de heren Beukema en Raadschelders uit Nootdorp en Amstelveen. Ik heb beider artikel met veel belangstel ling gelezen en velen met mij hebben er wellicht iets uit kunnen leren. Alleen de laatste alinea van de heer Raad- schelders kan hij niet zo bedoelen als het er staat; Amstelveen is toch nog te kort uit de plattelandssfeer gegroeid, dan dat de heer Raadschelders niet meer zou weten, dat de relaties op het platteland een goede gast heer met prima sigaar of bonbon even zo goed weten te waarderen als een relatie uit de stedelijke sfeer. Maar dat is maar bijzaak dacht ik en bedoeld als mooi slot, verder hoed af voor hetgeen deze banken doen. Alleen één punt valt op. Beiden noemen als propagan- dapost een percentage van het balanstotaal t.w. 1V2 en 1 De vraag komt op, wanneer wij allen dezelfde acti viteiten met dezelfde kosten zouden gaan ontwikkelen, dan wordt het toch nogal wat. Gezien de verzamelbalan- sen per 30 april in hetzelfde nummer van globaal 4 mil jard, laten we dan Nootdorp nog even vergeten, maar die 1 maar aanhouden, dan zou dit 40 miljoen worden. Tel 364

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1963 | | pagina 34