Minister Biesheuvel De benoeming van mr. B. W. Biesheuvel tot minister van Landbouw en Visserij in het pas opgetreden kabinet Marijnen treft ons enerzijds als een verlies, anderzijds schenkt het ons grote voldoening. Verlies is er doordat wij met de heer Biesheuvel een uitstekend bestuurslid van de Centrale Bank zien vertrekken. Sinds de heer Biesheuvel in 1959 als opvolger van wijlen prof. dr. W. Rip tot bestuurslid gekozen werd, hebben wij hem om zijn helder oordeel en warme belangstelling voor de agrarische kredietverlening leren kennen en waarderen. Nu de heer Bies heuvel om begrijpelijke redenen als be stuurslid heeft bedankt, past het ons hem op deze plaats dank te zeggen voor al het werk, dat hij in het belang van onze orga nisatie gedaan heeft. Veel voldoening echter geeft het ons, dat de nieuwe bewindsman van landbouw een man is, die ook op het gebied van het landbouwkrediet geen vreemde is. Wij zijn er van overtuigd, dat wij met minister Biesheuvel, zij het in een andere ver houding en op een ander niveau dan vroeger, voort kunnen bouwen aan de steeds noodzakelijk blijvende verbetering van de kredietmogelijkheden voor land- en tuinbouw. De omstandigheid, dat minister Biesheuvel niet alleen krachtens zijn af komst en zijn tot nu toe gevolgde loop baan de landbouw van nabij kent, maar ook met het landbouwkredietwezen vol komen vertrouwd is, moge hem helpen bij het vervullen van zijn taak. Dat op de schouders van minister Bies heuvel een zware taak rust, weet een ieder, die zich eens in de landbouwproble matiek heeft verdiept. Het moge ons daar om vergund zijn namens heel onze orga nisatie aan minister Biesheuvel in zijn hoge ambt sterkte, gezondheid en wijs heid toe te wensen. 266

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1963 | | pagina 4