eerste halfjaar 1963 weer volgens een stijgende lijn ontwikkelden. In eerste aanleg moet men aannemen, dat de buitenlandse toestroming van effectenkapi taal door de Amerikaanse maatregelen belang rijk zal verminderen, hetgeen zich zal weer spiegelen in een geringere toevloeiing van deviezen uit het kapitaalverkeer. Slechts voor zover voor de Amerikaanse aankopen effecten aankopen van andere landen in de plaats zouden treden, zou dit niet het geval zijn. Daarbij gaan wij er dus van uit, dat er geen of nagenoeg geen gebruik gemaakt zal worden van uitwijkmoge lijkheden. Neemt men daarnaast in aanmerking, dat het veel moeilijker geworden is wegens de ver scherping van de internationale concurrentie enerzijds en de stijging van de produktiekosten anderzijds het overschot op de lopende rekening van onze betalingsbalans (handelsverkeer en dienstverlening in ruime zin) belangrijk op te voeren, dan lijkt de conclusie gewettigd, dat de kans op een noemenswaardige aanzwelling van de binnenlandse liquiditeiten via een grotere deviezenstroom uit het buitenland voorshands niet groot is te achten. Daaruit volgt automatisch als tweede conclusie, dat voor buitenlandse emissie-activiteit op de Nederlandse kapitaal markt, zolang de Amerikaanse besluiten van kracht zullen blijven, niet veel ruimte zal be staan, terwijl de relatieve verkrapping wellicht een tendentie tot stijging van de rente met zich mee zal brengen. Schatkist op laagtepunt Bij het afsluiten van de maand beschikten de gezamenlijke banken bij de Nederlandsche Bank over een tegoed van 308 miljoen of ca. 80 miljoen meer dan het vereiste gemiddelde der verplichte dekking. Tegelijkertijd was het tegoed van het Rijk bij de circulatiebank tot f 211 mil toen teruggelopen als gevolg van de driemaan delijkse betalingen aan de gemeenten. Door het geleidelijk aflopen van het vakantieseizoen zal echter de biljettenomloop in de loop van augustus weer verminderen, tewijl de schatkist- postie in de komende maanden direct en indirect nog zal worden versterkt door de aanzwellende belastingbetalingen. Voor een aanzienlijk ge deelte zullen deze betalingen weliswaar in de vorm van schatkistpapier plaats vinden, zoals ook de bedoeling van het Rijk is, maar dat neemt niet weg, dat vooral van de zijde van particuliere rekeninghouders honderden miljoenen in de komende maanden in verband met de belasting betalingen aan het geldverkeer zullen worden onttrokken en ter beschikking van het bank wezen resp. de schatkist zullen komen. In elk geval laat het zich aanzien, dat de schatkist zijn positie in de naaste toekomst weer geleidelijk zal kunnen verbeteren. De B.N.G.-emissie In de vaste-rentedragende sector van de kapitaalmarkt heeft de jongste leningoperatie van de Bank voor Nederlandsche Gemeenten in juli reeds haar schaduwen vooruit geworpen. Reeds dagen voor de officiële inschrijving op 5 augustus is nl. voor de tweede 4% obliga tielening 1963 groot 100 miljoen zeer grote belangstelling aan de dag getreden. Daaruit mocht dus worden afgeleid, dat de leningmarkt zich volkomen hersteld had van de evenwichts- verstoring, die daar tijdelijk door de uitgifte van de jongste staatslening was teweeg gebracht. De koers van uitgifte van 99 was ook een half procent gunstiger dan van de eerste lening van de Bank voor Nederlandsche Gemeenten, waarvoor de inschrijving op 4 april jl. heeft opengestaan. Niet onvermeld mag blijven, dat enkele bank instellingen weer de gelegenheid hebben ge boden tot zgn. voorfinanciering, het systeem, waarbij de bemiddelende banken tijdelijk be paalde bedragen van de nieuwe lening bij voorbeeld voor drie of zes maanden over nemen, om deze na het verkrijgen van de bedoelde periode aan de uiteindelijke gegadig den over te dragen tegen een koers die gunstiger ligt dan de officiële emissiekoers. De banken kunnen nl. voor de korte periode, dat zij de lening overnamen, een deel van de gemaakte rente afstaan, doordat zij deze dan als een kort- 281

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1963 | | pagina 19