In landbouwkringen ontstaat meer interesse voor de fruitteelt, zij het met meer aarzeling dan voor de vollegronds groenteteelt. Dit wordt voor al veroorzaakt door de hoge investering per ha en ook omdat pas na enkele jaren een sluitende exploitatie wordt verkregen. Op goede gronden van Groningen zijn ver schillende boeren begonnen met oppervlakten, die variëren van 5 tot 20 25 ha. In de jaren 1961 en 1962 zijn 100 ha nieuw, zeer modern fruit ingeplant. Sierteelt De bloembollenteelt is van weinig belang meer. Van de 100 ha bloembollenteelt, die na de tweede wereldoorlog aanwezig was in Gronin gen, resteert nog ongeveer 13 ha. Door de goede resultaten van deze cultuur is de inte resse weer toegenomen, maar de uitbreiding wordt onder meer beperkt door de teeltregeling. In de boomkwekerij zijn enkele uitbreidingen waar te nemen in de specifieke rozenzaailingen- teelt. In totaliteit is dit van geringere betekenis en de toekomstverwachting is, dat van een verdere uitbreiding geen sprake zal zijn. Continuïteit en uitbreiding Dit onderwerp is van groot belang voor de tuinbouw in Groningen en een punt van zorg van provinciale en gemeentelijke overheden. Na een uitvoerige studie is men tot de conclusie gekomen, dat in eerste instantie de aandacht be perkt moet worden tot een drietal concentratie gebieden, welke reeds een tuinbouwverleden hebben. In 1962 is een provinciaal Instituut voor de ontwikkeling van de tuinbouw in Groningen tot stand gekomen. Aan dit instituut zijn ook drie streekorganen in de drie gebieden (alle stichtin gen) verbonden. Daarnaast staat men op het standpnut, dat het aantal intensieve groente- en bloemenbe- drijven moet worden vergroot, door het aantrek ken van tuinders elders en uit het eigen gebied. Daarvoor heeft men een garantiesom beschik baar gesteld van 5 miljoen. Hiermede moeten gronden kunnen worden aangekocht en gereed gemaakt. Het instituut kan tezamen met de afde ling Tuinbouw van het Borgstellingsfonds voor de Landbouw en het Provinciaal Waarborg- instituut de garantie voor de individuele tuinder op zich nemen. Men stelt zich hierbij op het standpunt, dat de nieuwe tuinders zich natuurlijk overal kunnen vestigen, doch, dat voorlopig alleen in de concentratiegebieden op extra hulp gerekend kan worden. Voor deze concentratie gebieden kan het instituut met de onder haar leiding, doch toch autonoom werkzame streek organen, uitermate nuttig werk doen. Men hoopt de glastuinbouw van de groente en bloementeelt van een groter omvang te kunnen maken dan zij tot nu toe is. Daarmede kunnen dan bepaalde onzekerheden van de be staande tuinbouw wegvallen en meer mogelijk heden geschapen worden voor personen, die in de tuinbouw van het noorden hun broodwinning zien. Wekerom: f 4 miljoen Ook de Coöperatieve Boerenleenbank-Raif- feisenbank .Wekerom" te Harskamp heeft de 4 miljoen bereikt. Dit geschiedde door een bijschrijving op het boekje van de heer H. Goorhuis. Hem werd, evenals de spaarders die vlak voor en na hem een bedrag op hun boekje stortten, door de voorzitter van het bestuur een ge schenk onder couvert overhandigd. De bank „Wekerom" bereikte deze mijlpaal een maand nadat het 50-jarig jubileum was gevierd. 253

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1963 | | pagina 27