de spaargelden een belangrijk tegenwicht vormt tegenover de matige uitzetting van de krediet verlening. Vastere ondergrond voor staatsfondsen Wat ten slotte betreft de positie van de obli- jatiemarkt kan worden vastgesteld, dat de staatsfondsenmarkt merkbaar aan weerstand heeft gewonnen, doch dat zulks ten aanzien van de koersbeweging niet veel zoden aan de dijk heeft gezet. Toch is het zeer belangrijk voor de structuur van de markt, dat de nieuwste staats lening zich meer en meer, en vooral na de stor ting daarop, heeft kunnen losmaken van de emissiedruk, zoals tot uitdrukking komt in de koersverbetering van ca. 99]/2 tot ca- 99% welke ten opzichte van een maand geleden is ingetreden. Het materiaal, dat in de pijplei dingen zat is blijkbaar nu wel geheel verwerkt, hetgeen aan de gehele positie van de staats fondsenmarkt ten goede is gekomen. Overigens geven alleen de 41/2 staatsleningen een noemenswaardige koersverbetering voor de maand juni te zien. Maandelijkse koerstabel 31 jan. 28 febr. 29 mrt. 29 april 31 mei 28 juni 4% Nederland 1958 101'/,4 101% 102 101% 101% 102% 4% Nederland 1960 I 101'/,4 101% 102 101% 101% 102% 4% Nederland 1959 99% 99"/, 6 100 100% 99% 99% 4% Nederland 1961 99% 99% 100 100% 99% 99"/, 6 3% Nederland 1953 95% 96'/, 96% 96% 95% 95% 31/2 Nederland 1956 94% 94% 94% 95 94% 94% 3% Nederland 1954 91 91% 91% 91 90% 90% 3% Nederland 1955 I 91 91% 90"/u 90% 90 Vu 90% 3V2 Ned. 1947 Staffel 923/u 92"/, 4 93s/,6 93% 93 93 3% Nederland 1962/64 9913/32 99'/, 99% 99"/,6 99"/,6 100 3% Grootboek 1946 91% 92% 927/16 92"/, 4 92Vu 92Vu 3% Investeringscert. 98 »/M 98% 98"/, 99 98"/u 99'/u 2% Grootboekoblig. 58% 58% "59% 59% 593/u 58% Effectief rendement obligaties 31 jan. 28 febr. 29 mrt. 29 april 31 mei 28 juni 4% Nederland 1958 4.31 4,29 4,25 4,26 4.32 4,23 4'/2 Nederland 1960 I 4,31 4,30 4,26 4,27 4.33 4,25 4% Nederland 1959 4.27 4,28 4,25 4.21 4,28 4,28 4% Nederland 1961 4.29 4,28 4.25 4,22 4,28 4,27 3% Nederland 1953 4,21 4,17% 4,09 4,11 4,21 4,21% 3'/2 Nederland 1956 4,15% 4,14% 4,14% 4.12% 4.18% 4,22 3% Nederland 1954 4,12% 4,10% 4,10% 4.15% 4,20 4.22 3% Nederland 1955 I 4,11% 4,09 4,14% 4.20 4,23 4,22 31/2 Ned. 1947 Staffel 4,05 3,99 3,98 3,96 4,00 4,00 3% Nederland 1962/64 3,47 3,36 3,22 3.13 3,13% 3,02 3% Grootboek 1946 4,12% 4,04 4,07 4.03 4,13% 4.13 3% Investeringscert. 3,55 3,57 3,54 3,46 3,49 3,44 2'/2 Grootboekoblig. 4,33 4,31 4.25% 4.26 4,28% 4,31 245

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1963 | | pagina 19