In de tuin bij dr. Verhage
Op een mooie namiddag in de zomerse week na Pinksteren is de redactie
op bezoek geweest inWassenaar bij onze nieuwe voorzitter, dr. Abraham
Jan Verhage. Te midden van het frisse groen en de bloemen hebben wij
in de tuin een gesprek mogen hebben met onze gastheer.
Dit leek ons een uitstekende entourage voor een man, die als voorzitter
van het Bedrijfschap voor Sierteeltprodukten, van de vereniging ,,De
Nederlandse Bloemisterij" en van de Nederlandse Tuinbouwraad dage
lijks met .tuinieren" te maken heeft. ,,Mijn eigen tuin is echter het werk
van mijn vrouw", zegt de heer Verhage eerlijk, we geloven dat graag,
want de tuin is voortreffelijk. Onze voorzitter is tenslotte van huis uit
geen tuinman, maar econoom.
Economie en bloembollen
„Na mijn studie aan de Economische Hoge
school te Rotterdam ben ik eigenlijk zonder
vooropgezet plan in de bloembollenwereld ver
zeild geraakt. Ik kon adjunct-secretaris worden
van de Koninklijke Algemene Vereniging voor
Bloembollencultuur en in die slechte crisistijd
had je geen andere keus dan te nemen wat je
krijgen kon."
Dat is geen slechte keus geweest, want de
interesse van de heer Verhage voor de bloem
bollen werd al spoedig gewekt, In 1934 promo
veerde hij tot doctor in de economie op een
proefschrift „De handel in bloembollen" en in
1936 werd hij tot voorzitter van de genoemde
vereniging gekozen. Dat is hij tot 1947 gebleven.
„Ik heb in 30 jaar wel wat van bollen begrepen",
zegt de heer Verhage laconiek.
Leiding geven op basis van overleg
De econoom Verhage stamt uit een Zeeuws
boerengeslacht. Hij is in 1908 geboren in Vlis-
singen en zijn vader is afkomstig uitSchoondijke
in Zeeuws-Vlaanderen. Met deze „achtergrond"
is het geen wonder, dat de heer Verhage zich
tot onze organisatie aangetrokken voelt. Hij is
voorzitter van de raad van toezicht van de Raif-
feisen-Bank Hillegom en penningmeester van de
ring Bloembollenstreek. „Die functies wil ik aan
houden, ook nu ik voorzitter van het Bestuur van
de Centrale Bank ben. Een nauw contact met de
plaatselijke banken is voor mij een groot voor
deel". Het valt ons op hoeveel belang de heer
Verhage hecht aan goed overleg tussen de
leiding van een organisatie en de georgani-
seerden.
„Een vergelijking tussen het voorzitterschap
van een produktschap en dat van het Bestuur
van de Centrale Bank is natuurlijk moeilijk.
Maar als voorzitter van het Produktschap stel
ik wel sterk voorop de behartiging van de be
langen van de hele bedrijfstak. Daardoor ben ik
gewoon heel veel overleg te plegen met ver
tegenwoordigers van het bedrijfsleven en van
vrije organisaties. In dit opzicht is wel een ver
gelijking mogelijk met mijn voorzitterschap van
de Centrale Bank. De structuur en de werkwijze
van de Centrale Bank met al zijn overlegorganen
is mij allerminst vreemd."
Ontwikkeling stimuleren
„Het Bestuur van de Centrale Bank moet
overigens niet passief zijn, het moet stimulerend
werken. Echter alleen langs de weg van over
leg. En dat moet lukken omdat hierin het belang
schuilt van onze hele land- en tuinbouwbevol-
king, die zelf ook moet inzien, dat men uit een
oogpunt van zelfbehoud niet bij de moderne
ontwikkeling kan achterblijven.
Zo heeft ook mijn voorganger, prof. Minder-
houd, het altijd gesteld. In een organisatie als
de onze hangt heel veel van de persoonlijke be-
237