Bedrijfsopvolging in de land- en tuinbouw
4 Methoden van bedrijfsopvolging
Er bestaan allerlei methoden van bedrijfsop
volging. Men zou ze in drie groepen kunnen
indelen. Daarbij moet worden onderscheiden of
het om eigenaars- dan wel om pachtbedrijven
gaat.
a. In de eerste plaats enige vormen van
directe bedrijfsopvolging, nog tijdens het leven
van de vader die het bedrijf overdoet:
verkoop met eigendomsoverdracht aan de
zoon;
uitgifte in erfpacht aan de zoon (eventueel
met een voorkeursrecht bij koop);
het sluiten van een pachtcontract met de
zoon (al dan niet gecombineerd met de
vestiging van een opstalrecht).
Deze mogelijkheden, die in onze vorige be
schouwingen reeds werden belicht, zijn erop ge
baseerd, dat de vader een eigenaarsbedrijf
heeft. Zou de vader pachter zijn, dan is mogelijk:
overname van de pacht door de zoon, met
toestemming van de verpachter;
overname van de pacht door de zoon, zon
der toestemming van de verpachter: in dit
geval moet echter aan enige bijzondere,
door de Pachtwet gestelde voorwaarden
worden voldaan.
b. In de tweede plaats een groot aantal
varianten van toekomstige bedrijfsopvolging,
waarmee wij bedoelen een bedrijfsopvolging,
die pas plaats vindt na het overlijden van de
vader:
verkoop met uitgestelde levering of onder
de opschortende voorwaarde van over
lijden van de vader;
een recht van koopoptie na overlijden van
de vader;
wettelijke erfopvolging;
bedrijfsopvolging krachtens testamentaire
beschikking, erfstelling of legaat;
ouderlijke boedelverdeling.
Het vorenstaande betreft weer eigenaarsbe-
drijven. Met betrekking tot pachtersbedrijven
kent de Pachtwet de figuur, dat na het overlijden
van de pachter één van zijn erfgenamen zijn
plaats als pachter inneemt.
c. In de derde plaats enkele rechtsverhoudin
gen, die een geleidelijke bedrijfsopvolging be
helzen:
het meewerken van de zoon op het be
drijf van zijn vader, tegen een zekere
beloning;
het aangaan van een burgerlijke maat
schap;
het aangaan van een vennootschap onder
firma;
het aangaan van een commanditaire ven
nootschap onder firma.
Al deze figuren kunnen zowel bij eigenaars
als bij pachtersbedrijven worden toegepast.
Uitgaande van het zojuist gegeven schema
willen wij bij elk van de genoemde punten
zonodig enige korte opmerkingen maken.
Voor een uitvoeriger behandeling van de hier
behandelde vraagstukken moge worden ver
wezen naar de Raiffeisen-Bode van mei 1960
(bijlage) en het in mei 1961 verschenen boek
„Bedrijfsopvolging in de landbouw samenge
steld onder leiding van dr. mr. W. B. Helmich.
Onze opmerkingen zullen uitsluitend juridische
en financieringsgezichtspunten raken. Andere
beoordelingen van de geopperde mogelijkheden,
b.v. van fiscale aard, laten wij uitdrukkelijk
buiten beschouwing. Die zullen in een later
stadium in deze artikelenreeks aan de orde wor
den gesteld.
Directe bedrijfsopvolging bij pachtbedrijven
Deze werd nog niet eerder besproken. Grote
problemen liggen er niet op dit terrein.
1Wanneer met de verpachter overeenstem
ming kan worden bereikt, kan de zoon de pacht
van de vader overnemen. Het bestaande pacht
contract blijft dan in stand, alleen verandert de
persoon van de pachter. Het is ook mogelijk,
dat het bestaande pachtcontract wordt beëin
digd en er tussen de verpachter en de zoon van
de gewezen pachter een nieuw pachtcontract
wordt gesloten. Dit is echter een omslachtige
weg, omdat het nieuwe pachtcontract door de
Grondkamer zal moeten worden goedgekeurd.
Deze methode biedt trouwens de zoon, de
nieuwe pachter, weinig voordelen. Men zou ge
neigd zijn te veronderstellen, dat een geheel
nieuwe pachtovereenkomst de zoon meer be-
140