Deze zaak heeft nogal wat deining veroor
zaakt. De minister heeft echter inmiddels de
juistheid van de berekeningen van het Produkt-
schap weer in twijfel getrokken. Toch staat wel
vast, dat wanneer inderdaad sprake zou zijn van
een betekenend verschil tusen de taxatie van
de gemiddelde opbrengst en de werkelijkheid,
in ieder geval een correctie moet worden aan
gebracht op de eerder vastgestelde toeslag van
6,30 per 100 kg. Deze correctie zou dan te
meer noodzakelijk zijn omdat ook om andere
redenen de veehouder de slordige 20 miljoen
gulden, welke met de veronderstelde mis
rekening gemoeid zou zijn, beslist niet kan
missen.
Ongunstige positie van melkveehouderij
Allereerst zijn de kosten voor de veehouder
door de lange en strenge winter voelbaar hoger
geweest. De veevoederrekeningen zijn aanzien
lijk gestegen, niet alleen door de aankoop van
extra, en duurder, veevoer, maar ook door de
sterke prijsstijging van ruwvoeder, hooi en stro.
In de tweede plaats wordt de rentabiliteit van
de melkveehouderij nog steeds ongunstig be
ïnvloed door de laag blijvende slachtveeprijzen.
Hoewel de regering thans, via een P.M.-post,
gelden beschikbaar stelt voor exportbevorde
rende en andere marktordenende maatregelen,
blijven de prijzen laag door een te groot aan
bod. Het aantal slachtingen bedroeg in decem
ber, januari en februari ongeveer 60.000 stuks
rundvee meer dan in dezelfde drie maanden een
jaar eerder. Verwacht wordt, dat de grotere
„uitstoot" in ieder geval tot mei zal voortduren.
Daarna, als de slechte veevoederpositie over
wonnen is, zullen de prijzen zeker belangrijk
kunnen aantrekken. Niettemin blijft er in de krin
gen van de rundveehouderij een sombere stem
ming heersen omdat de inkomensontwikkeling
bepaald onbevredigend is. Daarom mag worden
verwacht, dat de georganiseerde landbouw een
dringend beroep op de regering zal doen de
melkprijstoeslag te verhogen.
Overigens kan worden geconstateerd dat,
mede als gevolg van de verminderde melkaan-
voer ook in de ons omringende landen de
botersituatie belangrijk is verbeterd en voor
raden zijn geruimd. De opbrengstprijs van de
industriële melk vertoont de laatste weken dan
ook een stijging. Deze tijdelijke? verbete
ring van de zuivelpositie komt in het nieuwe
richtprijssysteem geheel aan de veehouder ten
goede; in het vroegere stelsel zou een op
brengstverbetering resulteren in een lagere
melkprijstoeslag uit de schatkist.
Varkens
De stemming op de varkensmarkt is wat beter.
Weliswaar is de binnenlandse afzet wat gedaald,
maar de export is zeer redelijk, met uitzondering
van de baconuitvoer naar Engeland. Met het oog
op de E.E.G.-regelingen kunnen we zelfs meer
varkens gaan houden. Voorlopig zal echter het
aanbod wel beperkt blijven in verband met ver
mindering van het aantal dekkingen. Het aantal
slachtingen beloopt wekelijks een kleine 100.000
stuks, waardoor het gunstige prijspeil zich kan
handhaven.
Overigens vormt het mond- en klauwzeer een
ernstige bedreiging voor de uitvoer van varkens
en vlees en wordt hierdoor ook de export van
slachtvee belemmerd. Zwitserland werd daarom
als afnemer uitgeschakeld en stond ook geen
doorvoer meer toe naar Italië. België en Frank
rijk troffen eveneens maatregelen met betrek
king tot import uit Nederland. Er wordt dan ook
alles in het werk gesteld om het euvel zo veel
mogelijk te lokaliseren en verdere besmetting te
voorkomen. De bestrijding en de schadeloos
stelling voor afgeslachte varkensstapels heeft
het vorig jaar een bedrag gevergd van ruim
45 miljoen gulden!
Pluimvee
Uit gegevens van de in december gehouden
landbouwtelling blijkt, dat de hoenderstapel met
ruim 2 is uitgebreid en thans rond 38 miljoen
stuks telt. De categorie slachtkuikens laat een
zeer grote vermeerdering zien, nl. met ongeveer
60 Door het teruglopen van de leghennen-
stapel met 7,6 en een iets lagere produktie in
de lange en koude winter was het eieraanbod
geringer. De prijs, enkele maanden geleden tot
een catastrofaal dieptepunt gedaald, heeft zich
dan ook krachtig hersteld. Het paaseitje werd
124