Bankgiro In 1962 is het Nederlandse bankwezen be gonnen de diensten van de banken collectief te propageren. De propaganda wordt gericht op de facili teiten, welke een rekening-courant voor een cliënt biedt. De bankgiro wordt hierbij in het middelpunt van de aandacht geplaatst. De verwezenlijking van de plannen der ge zamenlijke banken zal een grote toeneming van de uit te voeren giro's voornamelijk kleine bedragen met zich brengen. Teneinde de daaraan verbonden kosten te drukken, zal men trachten te komen tot: a. een eenvoudige verwerking op de bank van giro-opdrachten tot giro-uitvoering; b. automatisering van de interbancaire uitvoe ring en verrekening. Het nieuwe formulier Beide punten komen tot uiting in het nieuwe bankgiroformulier. ad a. De rekeninghouder van de bank zal in de toekomst bij de bank indienen: een inge vuld formulier in drievoud. Dank zij het in het formulier reeds aanwezige gecarboniseerde papier ontstaat door éénmaal schrijven tege lijkertijd: de slip bedoeld om uiteindelijk via ver rekenende banken bij de begunstigde terecht te komen als creditnota; de giro-opdracht welke bij de bank van de opdrachtgever blijft de debetnota, dan wel „bewijs van over schrijving" dat de bank aan de opdracht gever retourneert. Op de banken behoeven dus geen bankgiro slips getypt te worden. Ook zal omschrijving op dagafschriften, zowel voor debitering van op drachtgevers, als voor creditering van begun stigden overbodig zijn. De vorm van het bovengenoemde formulier in drievoud kan verschillend zijn, met uitzondering van de slip, welke laatste in verband met de voorgenomen verwerking op een bankgirocen trale uniform moet zijn. Voor cliënten, die giro-opdrachten in aantallen afgeven, zijn ook beschikbaar kettingen van vijf formulieren (in drievoud), waarvan het deel „opdracht" niet getekend wordt; op een afzon derlijke recapitulatie of „tellijst" wordt voor opdracht getekend. Bankgirocentrale ad b. Het is de bedoeling om te komen tot een bankgirocentrale waar alle banken d.w.z. niet alleen de hoofdkantoren van commerciële banken, maar ook hun bijkantoren en de zelf standige raiffeisenbanken/boerenleenbanken, rechtstreeks hun bankgiroslips inzenden. De bankgirocentrale zal geen rekeningen van banken bijhouden, maar verrekent via clearing. In verband met de elektronische verwerking (sorteren, op lijsten zetten en totaliseren) van de slips zullen de inzendende banken deze slips moeten voorzien van de daartoe benodigde ge gevens in een vorm, die ook voor de machines leesbaar is, bijvoorbeeld door een opdruk met ijzerhoudende (magnetische) inkt van: codenummer bank van opdrachtgever; bedrag; codenummer bank van begunstigde. Dit aanbrengen van de gegevens op de slips zal per inzendend bankkantoor een z.g. „im- printer" vereisen. De cliënt In ons land zijn de banken dus bezig de bankgiro te automatiseren met slappe formu lieren,welke magnetisch kunnen worden gelezen, zulks in tegenstelling tot de postcheque- en girodienst, welke de automatisering doorvoert met ponskaarten. Teneinde de cliënten van de bij ons aange sloten banken niet lastig te vallen met twee ver schillende soorten giroformulieren, nl. voor overboeking naar een bankrekening en naar een postrekening, adviseren wij onze banken: ver strek aan rekeninghouders enkelvoudige bank giroformulieren in sets bestaande uit: slip; giro-opdracht; bewijs van overschrijving, doorschoten met éénmalige carbonblaadjes, voorgeadresseerd in de ruimte „in opdracht van" naam, adres, woonplaats, met behulp van een metalen adresplaatje van de rekeninghouder, al 92

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1963 | | pagina 14