moeten ingaan, heeft het R.G.F. reeds vele aan vragen ontvangen. Indien de ervaringen, die wij in januari hebben opgedaan, als normatief voor de toekomst mogen worden beschouwd, zal het overgrote deel van de banken zeker overgaan tot het sluiten van borgverzekeringen bij het R.G.F. Dit laatste is voor het welslagen van afdeling D ook zeer noodzakelijk. Hoe meer banken meedoen, des te groter wordt de spreiding van de risico's. Alleen door een grote spreiding van de risico's, zullen de premies voor de afzonderlijke risico's van een bank laag gehouden kunnen worden. Hoewel afdeling D thans volledig ,,in bedrijf" gesteld is, zal het nog wel even duren alvorens de polissen aan de banken toegezonden kunnen worden. De verwerking van het grote aantal ge gevens, waarvoor wij bij de opzet van de admi nistratie komen te staan, kost de nodige tijd, terwijl ook de uitwerking van enkele détails van de polissen meer aandacht vergt dan aanvanke lijk werd verwacht. Door het uitreiken van voor lopige dekkingsbrieven wordt de inwerkperiode van afdeling D echter zonder moeilijkheden overbrugd. Het goede begin geeft ons alle vertrouwen, dat de borgverzekeringen gesloten bij het R.G.F. in korte tijd gemeengoed" van alle banken zullen worden. Afdeling D is ingesteld om de risico's van de banken te dekken en zal dan ook in de loop van haar bestaan wel geroepen wor den tot het doen van schadeuitkeringen. Het R.G.F. afdeling D, zal zich zeker niet aan een dergelijk beroep onttrekken, maar ieder van de verzekerde aangesloten banken zal begrijpen, dat onze wens uitgaat naar het zoveel mogelijk voorkomen van schadegevallen. WAARBORGINSTITUUT VOOR DE TUINBOUW IN DE PROVINCIE ZEELAND Het is bijzonder verheugend melding te kun nen maken van de oprichting van het ,,Waar- borginstituut voor de tuinbouw in de provincie Zeeland". Na een lange periode van voorbe reiding kon medio december van het vorige jaar de stichtingsakte worden gepasseerd. Evenals bij de waarborginstituten, die in de andere provincies zijn opgericht, zal een borgstelling slechts worden verleend indien het Borgstel lingsfonds voor de Landbouw zich mede verbindt tot zekerheid van het te financieren bedrag. Van de eventuele verliezen, welke door hot waar- borginstituut zullen worden geleden, komt 3/a gedeelte ten laste van de provincie Zeeland. De betrokken veiling en de gemeente zullen samen 5/s gedeelte van een eventueel verlies voor hun rekening dienen te nemen. In verband met dit laatste zal aan de Zeeuwse gemeenten worden gevraagd zich garant te verklaren voor hun aan deel in de te verlenen borgstellingen. Wij hopen, dat dit spoedig zijn beslag zal krijgen, opdat het waarborginstituut op korte termijn de eerste aan vragen in behandeling zal kunnen nemen. De mogelijkheden voor een verdere ontwikke ling van de tuinbouw in de provincie Zeeland worden zeer gunstig geacht, zodat voor het waarborginstituut in deze provincie een nuttige taak is weggelegd. KONING WINTER EN LAND- EN TUiNBOUW Sneeuw en vorst hebben deze winter duidelijk doen blijken, dat zij bij het Nederlandse klimaat behoren. Geheel en al vergeten was dit nog niet, maar op de uitzonderlijke strengheid van de huidige winterperiode was niet meer ge rekend. De moderne techniek en de technische perfectie zouden ons voor deze onvoorziene moeilijkheden toch moot behoeden. Het is geheel anders uitgekomen. Het ijzige winterweer heeft veel ongemak veroorzaakt. Dagelijks was in de krant te lezen welke moei lijkheden koning Winter veroorzaakte en voor welke, bijna onoplosbare, problemen hij ons plaatste. Boer en tuinder hebben in deze ongemakken gedeeld. De aflevering van produkten van het bedrijf naar het buitenland stagneerde en de toevoer ging niet zonder moeilijkheden. De melk werd bij vele boerderijen niet afgehaald, omdat deze geïsoleerd waren of omdat de melkwagens niet konden rijden. Het vee toonde gedurende deze dagen een grote eetlust en in de voeder- voorraad zijn grote bressen geslagen. De uit stoot van vee gaat onverminderd voort, hoewel de prijzen zich op een laag niveau bewegen. Dit 51

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1963 | | pagina 5