nieuwe Finse, Franse, Zweedse en Oostenrijkse betaalmiddelen. 8.20/21 d.d. 23 januari 1963: de banken wor den in kennis gesteld van de uitgifte van een nieuw biljet van 50 Franse francs en munten van 1, 5, 10, 20 en 50 centimes. 8.30/8 d.d. 3 januari 1963: de banken worden in kennis gesteld met de uitgifte van een nieuwe Finse munteenheid, die in waarde gelijk is aan 100 oude marken. De benaming „markka" blijft gehandhaafd. De benaming „nouveau franc" voor de op 1 januari 1960 ingestelde nieuwe Franse munt eenheid is met ingang van 1 januari 1963 ver vallen. Bedoelde munteenheid zal worden aan geduid met „franc"; de voor 1 januari 1960 geldende munteenheid zal worden aangeduid met „ancien franc". Groep 9 Diversen 9.30 d.d. 24 januari 1963: aangezien de kredietbeperkende maatregelen van de Neder- landsche Bank zijn opgeschort en niet volledig zijn opgeheven, dienen de gebruikelijke maande lijkse opgaven op de maandstaat normaal door te gaan. 9.65/6 d.d. 2 januari 1963: aan de banken wordt bericht, dat de sluitingsavond van de radio- en televisieactie „Open het Dorp" is be paald op 29 januari 1963. 9.65/7 d.d. 16 januari 1963: in aansluiting aan de circulaire d.d. 2 januari ontvingen de banken een verantwoordingsformulier grondcertificaten met het verzoek bedoeld formulier vóór 24 januari in te zenden. 2 miljoen in Opperdoes Mevrouw R. Groot-Van Leeuwen had geluk met een inleg op haar spaarboekje bij de Coöp. Boerenleenbank „Opperdoes". Het bleek een belangrijke storting te zijn, waarmee het spaar- totaal de 2 miljoengrens passeerde. De bank bereidde mevrouw Groot een harte lijke ontvangst, waarbij haar door burgemeester Pierhagen (voorzitter bestuur) bloemen en een enveloppe met waardevolle inhoud werd aan geboden. Verder op de foto v.l.n.r.: K. Zwier sr. (voor zitter raad van toezicht), mevrouw Groot en F. Strikwerda (kassier). Kwitanties BPL-zegels In het verleden is meermalen de vraag gesteld of de kwitanties, die door onze banken worden afgegeven bij verkoop van B.P.L.-zegels, voor zien dienen te zijn van het kwitantiezegel. In dit verband maken wij ten behoeve van onze banken melding van de beslissing, die op 12 maart 1962 door de minister van Financiën werd gegeven en gepubliceerd is in P.W. 17396. Deze beslissing houdt in dat de kwitanties, die terzake van verkoop van B.P.L.-zegels door onze banken worden afgegeven, ongezegeld kunnen blijven, mits op deze kwitanties wordt vermeld: „Vrij van zegel, ingevolge art. 17,16° der Zegel wet; Wet verpl. deeln. bedrijfspensioenfonds". De vrijstelling geldt in het algemeen voor elke kwitantie, die bij aankoop van zegels t.b.v. een verplichte pensioenvoorziening van werknemers wordt afgegeven door een daartoe door het be drijfspensioenfonds aangewezen bankinstelling. 77

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1963 | | pagina 31