haar politiek voortgezet, die er op gericht is onnodige repatriëring van buitenlandse bank tegoeden tegen te gaan. Daartoe werden de handelsbanken in het begin van de maand in de gelegenheid gesteld schatkistpapier, ver vallende tot en met augusust 1962, aan de Centrale Bank over te dragen tegen een rentevergoeding van 23/4 °/o, onder het be ding van terugkoop op 22 oktober. Op 9 oktober reeds maakte de Nederlandsche Bank bekend dat de gelegenheid tot dit stallen van schatkistpapier, waarvan voor ca. 70 miljoen gebruik is gemaakt, werd ge sloten Ondanks deze hulpverlening, die ver band hield met de belastingbetalingen de rente voor daggeld was onder invloed daar van tijdelijk zelfs tot 23/4 gestegen hebben de handelsbanken toch nog naar raming enkele tientallen miljoenen aan saldi uit het buitenland gerepatrieerd. Overigens is de verplichte kasreserve, die het bankwezen voor de periode oktober/ november moet aanhouden, op 6 °/o gehand haafd, waarmee naar raming circa 470 miljoen gemoeid was. Ten slotte zagen de banken zich ontslagen van de verplichting tot het aanhouden van een strafdeposito aan gezien de kredietverlening van handels banken en landbouwkredietbanken tezamen binnen de door de Nederlandsche Bank ge stelde grenzen was gebleven. Verdere hulp aan de geldmarkt is voorts geboden in de vorm van voorschotten in rekening-courant verstrekt door de circulatie bank. Hiervan is tot een totaal van 125 miljoen gebruik gemaakt; op 29 oktober was de desbetreffende rekening reeds weer tot minder dan 10 miljoen gedaald. Al met al ziet het er naar uit dat de zwaarste druk op de bankkassen uit hooide van de belasting betalingen reeds weer is verwerkt. Stabiliteit op leningmarkt Wat de ontwikkeling op de leningmarkt aangaat kan worden vastgesteld dat deze zich door een grote mate van stabiliteit heeft gekenmerkt. De stemming voor staatsfondsen is goed prijshoudend gebleven met vaste on- dertoon, zonder dat spectulaire koersverschil len tot stand zijn gekomen. De enige uitzon dering in dit opzicht vormt de zogenaamde staffellening, die vergeleken met einde sep tember met 1% punt is gestegen tot 913/4. Zoals men weet is de Staat dagelijks, bij de tegenwoordige koersstand, tot verplichte aankoop van ruim twee ton per dag gehou den. Het rendement van deze lening bedraagt thans circa 4,10 en is daarmee het laagste voor staatsleningen met een gemiddelde looptijd van meer dan 15 jaar. Emissiebedrijvigheid De derde 4V2 lening, die de Bank voor Nederlandsche Gemeenten dit jaar nu reeds heeft uitgegeven, was wederom een succes, waarmee werd aangetoond dat de voor be legging braak liggende middelen nog steeds de werkelijke vraag te boven gaan. In tot oordelen bevoegde kringen werd aangeno men dat er reële vraag voor 150 miljoen bestond bij een leningbedrag ad 100 mil joen. De officiële toewijzing van slechts 20% wekte de schijn, dat de vraag aanzienlijk groter was. De inschrijvingen waren voor namelijk afkomstig van de institutionele be leggers, dus van grote beleggende instellingen. Aan het einde van de maand is de koers van deze nieuwste lening, die tijdelijk een kleinigheid boven pari was gestegen, weer tot de paristand gedaald, waaraan men ziet, dat er na de emissie niet veel onbevredigde vraag meer is overgebleven. Bij het afsluiten van de maand was reeds het emissieprospectus van de K.L.M. ver schenen inzake de 4'At tienjarige obligatie lening ad 125 miljoen, die, met volledige staatsgarantie, a 99'A werd uitgegeven. Het is kenmerkend voor de in de particu liere sfeer bestaande geldruimte, dat ook kleinere leningen in deze sector vlot aftrek vinden. Dat was zowel het geval met de 5 °/o dertigjarige obligatielening ad 4 miljoen van het Sint Lucas Ziekenhuis, die op 24 oktober a pari werd uitgegeven, als met de 5 lening groot 3,5 miljoen, die op 26 oktober eveneens a pari werd geëmiteerd 436

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1962 | | pagina 22