Financieel overzicht Belangrijke deviezenaanwas Er hebben zich in de afgelopen maand verschillende veranderingen in de geld- en kapitaalsector voorgedaan, die de moeite van het bespreken te dezer plaatse alleszins waard zijn. Er is een vrij belangrijke deviezen- aanwas geweest, hand in hand waarmee zich een verruiming op de geldmarkt heeft vol trokken; de schatkist zag haar middelen in krimpen, in hoofdzaak als gevolg van de driemaandelijkse betaling aan de lagere overheid. De Nederlandsche Bank hervatte de aankopen van schatkistpapier, terwijl de schatkist weer overging tot de afgifte van materiaal over de toonbank. Ten slotte nam op de kapitaalmarkt de weerstand toe waar door zich een koersherstel kon ontwikkelen. Wat het eerste punt aangaat kan worden vastgesteld, dat er een deviezenaanwas van om of nabij 170 miljoen is geweest. Deze was grotendeels te danken aan een toe vloeiing van buitenlandse middelen, als resultaat van de storting op de grote Philips emissie. Afgezien van deze bijzondere factor zijn er nog andere factoren van belang in het spel geweest. Het werd niet onmogelijk geacht, dat in het Nederlands-Amerikaanse dollarverkeer het recentelijk tussen de Nederlandsche Bank en de Amerikaanse Federal Reserve Bank ge sloten z.g. swap-akkoord eveneens de deviezenbeweging heeft beïnvloed. Er is althans een groter aanbod van dollars op de internationale deviezenmarkten ge- geweest, waartegenover niet alleen de Neder landsche Bank, maar eveneens de centrale banken van Frankrijk, West-Duitsland, Zwitserland en zelfs Oostenrijk en Italië steun hebben verleend. Deze steun, zoals men weet, vindt plaats in de vorm van krediet verlening, waarbij de Nederlandsche Bank b.v. guldens ter beschikking van de New- Yorkse circulatiebank stelt, waardoor deze laatste niet gedwongen is dollars in goud om te zetten en aan het buitenland af te staan. De guldens, die contant door de Neder landsche Bank worden verstrekt, worden namelijk op termijn door haar weer terug- verkregen. Trekkingen via het I.M.F. Blijkens de weekstaat van de Neder landsche Bank afgesloten per 25 juni was nog een andere operatie tot stand gekomen, welke in juli nog haar stempel op de deviezenpositie heeft gedrukt. Daarom moeten wij er thans nog eens op terug komen. Blijkens de bedoelde weekstaat was de goud en deviezenvoorraad met 43 miljoen terug gelopen, waartegenover de guldenstegoeden van buitenlandse circulatiebanken toen met 49 miljoen waren gestegen en wel tot ruim 138 miljoen. Laatstgenoemd bedrag is ver volgens weer tot 8D/2 miljoen ingekrompen, hetgeen in het licht stelt in welke mate een en ander de netto deviezenpositie, die wordt berekend onder aftrek van de guldensver plichtingen, beïnvloedt. Als toelichting op de onderhavige operatie heeft de Nederlandsche Bank bekend ge maakt dat men hierbij te maken had met het uitoefenen van trekkingsrechten op het Internationale Monetaire Fonds door Argentinië en Canada. Die trekkingen zijn ten dele in guldens geschiedt, die door de Nederlandse staat dienden te worden ver schaft. Voor zover die guldens later zijn op gevraagd, hebben die landen ze waarschijn lijk in deviezen omgezet. Het is echter niet de Nederlandsche Bank, welke die verplichtingen jegens het I.M.F. heeft, doch de Staat. De schatkist financiert dat door afgifte van schatkistpapier aan de Nederlandsche Bank. En de portefeuille met schatkistpapier van de Nederlandsche Bank is dan ook van 25 juni op 2 juli aangegroeid met rond 106 miljoen tot 347 miljoen, welk niveau tot het einde van de maand juli gehandhaafd bleef. In dit speciale geval zijn de deviezenaankopen bij de Nederlandsche Bank niet met een inkrimping van de geld- omloop gepaard gegaan, omdat de betaling van die aankopen door de staat is geschied met schatkistpapier een toekomstige ver plichting derhalve voor het Rijk. Deviezentoevloeiing en deviezenafgiften hebben elkaar in juli weliswaar afgewisseld, 311

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1962 | | pagina 25