vastgesteld. In feite komt het er op neer, dat
als marktprijs wordt aangenomen de prijs,
die tot stand zou komen indien de coöperaties
er niet waren. Dat is volkomen irreëel,
want de coöperaties zijn er nii eenmaal wel.
Zij hebben geen winstoogmerk, doch stellen
zich slechts ten doel hun leden-leveranciers
de volle prijs voor de door hen geleverde
produkten te betalen; dit is de prijs, die de
coöperatie er voor kan maken na aftrek van
de door haar gemaakte kosten van verwer
king en afzet. Het ontwerp dicht de coöpe
ratie derhalve een winst toe, die zij niet
maakt en die zij niet wil maken.
De onbillijkheid van dit systeem springt
te meer in het oog, indien men bedenkt, dat
een coöperatief optreden georganiseerd in
n.v.-verband, wèl de mogelijkheid biedt de
volledige aan leveranciers betaalde prijs als
bedrijfskosten fiscaal ten laste van de winst
te brengen! Met andere woorden: een groep
personen, die in een coöperatieve vereniging
samenwerkt om hun produkten tot zo hoog
mogelijke waarde te brengen, wordt fiscaal
anders (nl. ongunstiger) behandeld, dan een
zelfde groep personen, die dit coöperatief
optreden op precies dezelfde wijze, maar in
n.v.-vorm, beoefent!
Daarmede is het systeem veroordeeld. De
fiscale gelijkheidsregel is geschonden. Fiscaal
mag het geen verschil maken of het coöpe
ratief optreden in de ene dan wel in de
andere rechtsvorm wordt uitgeoefend. Het
is een zeer bedenkelijk verschijnsel, indien
de belastingheffing niet meer op neutrale
wijze geschiedt. In een gezonde democra
tische samenleving moet de fiscus het gelijke
gelijk behandelen.
Tegen de wijze, waarop het ontwerp de
coöperaties fiscaal behandelt, worden door
de N.C.R. nog meer steekhoudende bezwaren
ingebracht. Degenen, die zich hiervoor inte
resseren verwijzen wij naar het adres. Exem
plaren hiervan zijn te verkrijgen bij de
Nationale Coöperatieve Raad, Groenhoven-
straat 3 te 's-Gravenhage.
Het zal de lezers van de Raiffeisen-Bode
wel niet onbekend zijn, dat in de noordelijke
provincies al een tweetal kredietadviseurs
werkzaam is. Regelmatig ontvangen deze
functionarissen opdrachten van de banken
aldaar voor het instellen van een onderzoek
betreffende een bepaalde kredietaanvraag.
Als resultaat van zo'n onderzoek ontvangt
de bank dan een rapport met gegevens om
trent de financiële positie van de aanvrager
en de rentabiliteit van diens bedrijf. Enkele
malen werd door de kredietadviseur gecon
stateerd, dat bepaalde bestanddelen van de
inventaris reeds twee keren waren overge
dragen of dat dit dreigde plaats te vinden,
hetgeen wel bewijst, dat ook op dit punt
in bepaalde gevallen een nauwkeurig onder
zoek noodzakelijk is.
Wij kunnen thans mededelen, dat inmid
dels ook een derde kredietadviseur zijn in
trede heeft gedaan in onze organisatie. Het
is de heer H. Berkhof, die voorheen werk
zaam is geweest bij de landbouwvoorlich-
tingsdienst in het consulentschap Hengelo.
Het werkgebied van de heer Berkhof in zijn
nieuwe functie zal bestaan uit de provincie
Overijssel met voorlopig daaraan toege
voegd de Gelderse Achterhoek.
Wij wensen hem veel succes in deze werk
kring, die naar wij hopen zal bijdragen tot
een doeltreffende kredietverlening aan de
landbouwbedrijven in zijn rayon.
Het ligt verder in de bedoeling, dat in de
loop van dit jaar nog enkele kredietadvi
seurs zullen worden aangesteld voor het
midden en westen van ons land. Te zijner
tijd hopen wij hierover nadere medede
lingen te kunnen doen.
AANSTELLING KREDIETADVISEUR
De mens heeft geld nodig, maar het geld ook de mens
(Ed. v. Bauernfeld)
259