landen uniforme beschermende douanetarie ven (de z.g. buitenrechten) te heffen. Daar van kan niet alleen een deelnemend land nadeel ondervinden, maar vooral dringt zich hier bij voortduring de vraag op hoe dit moet gaan ten opzichte van de toch al steeds verder achteropkomende onderontwikkelde landen. Vooral, nu verschillende Europese landen ernstig overwegen om eveneens tot de Gemeenschappelijke Europese Markt te wor den toegelaten. Weliswaar is een aantal onderontwikkelde landen met de Gemeen schappelijke Europese Markt geassocieerd, doch dit betreft dan uitsluitend voormalige Franse, Belgische en Nederlandse koloniale gebieden. Bovendien brengt dit mede, dat deze geassocieerde onderontwikkelde landen bij hun afzet op de Gemeenschappelijke Europese Markt weer bevoordeeld worden boven een grote meerderheid van andere onderontwikkelde landen, in het bijzonder in Zuid-Amerika en Azië. Deze onderontwikkelde landen met hun, vooralsnog, hoofdzakelijk op landbouwexport ingestelde economieën, zien zich derhalve geplaatst voor een afgeschermd en waar schijnlijk nog groter wordend Europees handelsgebied. Daarbij staan bovendien de Verenigde Staten van Noord-Amerika te dringen met hun voeten tussen drempel en deur van dat gebied, tot behoud en, zo mogelijk, uitbrei ding van de afzet van hun nog steeds over weldigende landbouwproduktie. Wellicht zal nog een aantal andere lan den, met name ook uit het Britse Gemene best, in een of andere vorm afzetmogelijk heden behouden of verkrijgen bij een even tuele toetreding van Engeland tot die markt. De naam raiffeisenbank mag in de eigen kring een vertrouwde klank zijn, zeer velen buiten de organisatie hebben nog een onjuist beeld van de coöperatieve raiffeisenbanken/ boerenleenbanken. De landelijke advertentie campagne van de Raiffeisenorganisatie is inmiddels gestart. Voor zover wij op het ogenblik kunnen nagaan is zij in goede aarde gevallen. De ontvangen reacties, zowel uit de eigen organisatie als van buiten, kunnen gunstig worden genoemd. De bedoeling van de campagne is aller eerst de introductie van de naam bij het grote publiek. Tevens werd nog een ander doel nagestreefd, nl. het aantrekken van spaargelden en het attenderen op de vele vormen van service, welke de raiffeisen- banken/boerenleenbanken te bieden hebben. Op 16 mei jl. (de dag van de ledenver gadering) maakte jeugdspaarster Gertie Gorter met haar inlage de 10 miljoen aan spaargelden vol bij onze bank te Heerde. Dit heuglijke feit heeft men niet onopge merkt voorbij laten gaan, hetgeen de foto duidelijk weergeeft. Gertie Gorter kreeg een nieuwe fiets! V.l.n.r.: de kassier J. B. Nijhoff, voor zitter W. de Boer, secretaris L. Maten en de 2e voorzitter H. M. van Neck. ADVERTENTIECAMPAGNE HEERDE 220

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1962 | | pagina 14