beeld te zien geven. Bij de Rijkspostspaar bank was de omloopsnelheid circa 0,3, bij de algemene spaarbanken 0,5 en bij de land- bouwkredietbanken 0,4. Toch is er aanlei ding de ontwikkeling in dit opzicht met aandacht te volgen, aldus het verslag. De girale overboekingen via de spaarreke ningen nemen toe. De inleggingen vinden blijkens een enquête thans reeds voor 30 op girale wijze plaats, de disposities voor 20 Zolang het bij de inleggingen om in komensbestanddelen gaat, die normaliter worden bespaard, bestaat hiertegen geen enkel bezwaar. De monetaire autoriteiten zouden echter niet onverschillig kunnen blijven tegenover een ontwikkeling die verder gaat. Deze opmerkingen uit het verslag van de Nederlandsche Bank doen denken aan de rede, die de heer Manschot vorig jaar op de Algemene Vergadering van de Coöpera tieve Centrale Raiffeisen-Bank heeft ge houden. De heer Manschot pleitte toen voor het zuiver houden van rekeningen voor spaar gelden en rekeningen voor transactiegelden, teneinde op de spaarmarkt een goede orde te handhaven. Over de spaartegoeden bij de handels banken wordt opgemerkt, dat de ervaring nog te kort is om een voldoende inzicht te hebben in de verhouding tussen eigenlijk en oneigenlijk spaargeld. Uit een enquête is inmiddels gebleken, dat de aanwas van deze tegoeden niet geheel eenzelfde karak ter heeft als die van de tegoeden bij de tra ditionele spaarinstellingen. Het gemiddelde tegoed per spaarrekening ligt bij de han delsbanken ook veel hoger dan bij de ge wone spaarbanken. Ultimo 1960 beliep het gemiddelde spaartegoed bij de handels banken 4.330,tegen 510,bij de R.P.S., 800,bij de algemene spaarban ken en 1.890,bij de landbouwkrediet- banken. De omloopsnelheid van de spaartegoeden bij de handelsbanken wordt in het verslag op ruim 1,0 becijfert, hetgeen dus aangeeft, dat een tegoed op een spaarrekening bij de handelsbanken gemiddeld I jaar wordt aangehouden. Dit is aanmerkelijk korter dan bij de gewone spaarbanken, zoals uit de hiervoor reeds genoemde cijfers blijkt. Uit de combinatie van hoge omloopsnelheid en hoge gemiddelde tegoeden bij de han delsbanken mag naar onze mening, wel de conclusie worden getrokken, dat de spaar gelden bij deze banken nog niet die finan cieringsfunctie kunnen uitoefenen, die eigen is aan de middelen waarover de traditio nele spaarbanken beschikken. In de Railfeisen-Bode van januari jl. werd onder de titel „Rayonindeling van de inspectiedienst" mededeling gedaan van de rayonindeling. In dit artikel werd onder het hoofd „Een beter contact" in enkele punten een nadere opsomming gegeven van deze regionale indeling. Zoals in de eerste tijd na een reorgani satie te verwachten is, wordt de hulp van het rayonbureau ook wel eens ingeroepen in gevallen, waarin het geen hulp kan bie den. Het is b.v. niet mogelijk, dat door de functionarissen van het rayonbureau een tijdelijk tekort aan arbeidskrachten, b.v. door ziekte of vakantie, bij de aangesloten banken wordt opgevangen. Men mag er in geen geval op rekenen, dat door directe hulpverlening door het rayonbureau de plaatselijke personeelsmoeilijkheden van een bank worden opgelost. Het vraagstuk van de plotselinge moei lijkheden, die ontstaan door ziekte van de directeur/kassier of van één of meer van zijn medewerkers heeft wel onze aandacht. Wij onderschatten niet de grote verant woordelijkheid van een bestuur, dat zich plotseling gesteld ziet voor de oplossing van een probleem, nl. het regelmatig verloop van de dagelijkse werkzaamheden en/of het toezicht hierop. Temeer nu het werk op onze banken in zovele taken is verdeeld, die ieder voor zich speciale aandacht vragen en in totaal een goede vakkennis vereisen, is waarnemen door een bestuurder moei- VERVANGING EN VAKANTiE 218

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1962 | | pagina 12