zoekt naar mogelijkheden om aan de steeds stijgende kredietbehoefte in de landbouw te voldoen. Dat de banken zekerheden vragen bij het verstrekken van kredieten is begrijpe lijk. Steeds meer bedrijfsonderdelen dienen om deze zekerheden te verschaffen, zoals auto's, trekkers, werktuigen, vee, mestcon- tracten enz. enz. De financiering middels deze zekerheden is o.i. niet zonder gevaar voor de ondernemer. Wij herhalen, dat de financiering van een bedrijf steeds beoordeeld moet worden op basis van bedrijfsonderdelen. Als een boer tot aanschaf van een trekker overgaat, dient hij eerst na te gaan of binnen zijn bedrijfsvoering en binnen zijn financiële mogelijkheden deze aanschaf ver antwoord is. Is hierop het antwoord bevesti gend, dan kan hij ter verkrijging van de contante middelen voor zijn bedrijf als ge heel de nodige kredieten opnemen. Het be drijf en niet de trekker zal dan de nodige middelen moeten verschaffen om aan de aflossingsverplichtingen te kunnen voldoen. De financiering van bedrijfsonderdelen is, met name voor de ongestoorde voortzetting van het bedrijf, uitermate gevaarlijk. Indien het de financiering betreft van uit breiding van de bedrijfsuitrusting zal op zeer lange termijn de kapitaalbehoefte van het bedrijf zijn toegenomen, los van het tot zeker heid dienende voorwerp. De uitbreiding van de bedrijfsuitrusting is vaak van wezenlijke invloed op de structuur van het bedrijf en deze gewijzigde structuur zal ook financieel opgevangen moeten worden. De kredietgever is er niet mee klaar om een bedrijfsonderdeel te financieren. De aan schaf van een trekker vraagt naast de aan schaf van de aan de trekkracht aangepaste werktuigen ook middelen om het bouwplan te voeren, dat door een beter gemechaniseerd bedrijf mogelijk of door de stijging der kos ten, noodzakelijk wordt. De financiering van een veestalling is op zichzelf een onding als niet tevens de geld middelen aanwezig zijn om de stal met vee te bezetten. Wat heeft men aan een hok met kippen als het geld ontbreekt voer te kopen? Financiering is en blijft een aangelegen heid van het gehele bedrijf. De kredietver lening moet hierop steeds gericht zijn. De financiering van bedrijfsonderdelen, omdat men nu eenmaal zekerheden moet hebben wellicht onvermijdelijk, zal altijd het bedrijf als geheel voor ogen moeten hebben. Het bedrijf is sterk afhankelijk van de per soon, die het bedrijf voert. De resultaten van zijn in de praktijk gebrachte inzichten wor den geregistreerd in de boekhouding, waar door deze mede van grote betekenis kan zijn voor de beoordeling van de kredietwaardig heid van de ondernemer. De bedrijfsboek- houding is niet alleen onmisbaar om een in zicht te krijgen in de financieringsbehoefte, maar ook in de economische mogelijkheden van het bedrijf. Boer, tuinder en boerenleenbank hebben nog te weinig begrip getoond voor de be tekenis van de boekhouding voor het bedrijfs beleid. Ook in de kringen van de landbouwboek- houdbureaus zelf is men nog niet ten volle er aan toe de bedrijfsboekhouding de plaats te geven, die zij behoort te hebben. Ver heugend is, dat de bedrijfsboekhouding steeds meer in de belangstelling komt te staan, maar het zal nog wel wat tijd vragen al eer op elk land- en tuinbouwbedrijf een goede bedrijfs boekhouding aanwezig is. Bij het toenemen van de belangstelling en het winnen aan in zicht omtrent de betekenis van een goede bedrijfsboekhouding is het gewenst, dat ook de samenwerking groeit o.a. tussen de boerenleenbanken en de landbouwboekhoud- bureaus. 192

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1962 | | pagina 34