wordt in de agrarische sector en wij niet gaarne zouden zien, dat in deze sector stag natie zou ontstaan, dient echter met de nodige voorzichtigheid te werk te worden gegaan. Het gevaar bestaat voorts, dat cliënten, die bij andere banken het effect van de krediet beperking ondervinden, zullen trachten bij onze banken onder dak te komen. In deze ge vallen lijkt ons een grote terughoudendheid van bijzonder belang. In ons vorige nummer vermeldden wij reeds, dat er een vergadering van de banken in de ring Westland gehouden zou worden ter behandeling van enkele problemen, waar voor onze banken bij de financiering van tuinbouwbedrijven, meer speciaal van glas opstanden, komen te staan. Dit is een interessante bijeenkomst gewor den. Door een tweetal medewerkers van de Centrale Bank zijn inleidingen gehouden over problemen, waarmede iedere bank, die de glastuinbouw financiert, te maken krijgt. Een van de inleidingen had betrekking op de waardering van de opstanden in de tuin bouw. Er werd op gewezen, dat deze waar dering in de eerste plaats met het oog op de juridische zekerheid moet geschieden. Daar naast mogen echter voor een juiste waar dering de bedrijfseconomische facetten niet uit het oog verloren worden. Voor woon huizen en schuren zal men moeten letten op het economisch nut, waarbij comfort en prak tische indeling van belang zijn. Nu de druivencultuur enigszins op zijn retour is, zal bij de taxatie van de druivenserres de vraag moeten worden gesteld of deze serres ook een gebruikswaarde voor andere cultures hebben. Het taxeren van glasopstanden is door de vele verschillende soorten zeer moeilijk, veel moeilijker dan het taxeren van de waarde van de grond. Bij dit laatste heeft men steun aan de richtlijnen, die voor de taxatie door de Grondkamers gegeven zijn. Ook indien de wet Vervreemding Landbouwgronden per 31 de cember 1962 niet verlengd mocht worden, zullen de jongste richtlijnen nog een indicatie voor de waarde van de grond blijven geven. Wat de verwarmingsinstallaties met toebe horen betreft werd er op gewezen, dat men hierbij met vele factoren rekening moet hou den, o.a. het verschil tussen kolen- en olie ketels. De andere inleider stelde de verzekering van de glasopstanden aan de orde. Wat moet verzekerd worden en waartegen moet ver zekerd worden, opdat de belangen van de tuinder en de bank voldoende gedekt zijn? Voor de verschillende objecten, die voor ver zekering in aanmerking komen, nl. het glas, de constructie (onderbouw) en de installaties, werden de verschillende risico's genoemd, waartegen de banken gedekt zouden moeten zijn. Daarbij kwam ook de praktijk van een aantal vooraanstaande broeiglasverzekeraars ter sprake. Het bleek, dat de gewenste dek king bij praktisch iedere verzekeringsmaat schappij wel gevonden kan worden, doch dat het voor de banken en ook voor de tuinders zelf zeer moeilijk is uit te maken of in een concreet geval de noodzakelijk geachte dek king wel aanwezig is. Iedere maatschappij heeft zijn eigen systeem van verzekeren met eigen polissen, hetgeen zeer verwarrend voor onze banken werkt. De suggestie werd daarom gedaan om met de verschillende verzekeraars in overleg te treden, teneinde te komen tot één uniforme polis, die door alle maatschappijen wordt ge bruikt en die verzekeringsvoorwaarden be vat, welke aan bepaalde minimumeisen vol doen. Onze banken, die een dergelijke standaardpolis in handen krijgen, zouden er zonder meer van overtuigd kunnen zijn, dat de betrokken opstallen goed verzekerd zijn. Deze suggestie heeft de volledige instem ming van de ring Westland gevonden. De Centrale Bank is daarom in contact getreden met de betrokken glasassuradeuren en wij hopen zeer, dat deze maatschappijen hun medewerking zullen kunnen verlenen. Met een uniforme standaardpolis zou het belang én van de banken én van de tuinders gediend zijn. PROBLEMEN VAN DE INTENSIEVE GLASTUINBOUW 123

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1962 | | pagina 5