mogelijkheid is op flinke schaal gebruik ge maakt. In de week van 5 tot 12 maart kocht de Nederlandsche Bank voor 95 miljoen aan schatkispapier, terwijl in de week van 19 tot 26 maart nog 15 miljoen daaraan werd toegevoegd. Uit de weekstaat afgesloten per 2 april bleek, dat de portefeuille schat kistpapier met 84 miljoen was ingekrom pen, waarbij men blijkbaar te doen had met aflossing van kortlopend papier, dat op grond van genoemde faciliteit aan de cen trale bank was verkocht. Verder valt in dit verband te wijzen op een sterke stijging der voorschotten in rekening-courant en wel van 20 miljoen op 5 maart tot 71 miljoen op 19 maart, waarna op 26 maart weer een daling tot 19 miljoen was ingetreden. Ook die voorschotten weerspiegelden de hulpver lening aan de banken. Deze hulpverlening had veel geringer kunnen zijn indien de aan gegeven extra dekkingsverplichting niet had gegolden. Verder was door de schatkist de mogelijk heid geopend aan de stortingsverplichting voor de nieuwe staatslening met schatkist papier te voldoen. Voor ruim 83 miljoen is van die mogelijkheid gebruik gemaakt zodat nagenoeg 217 miljoen in contanten is gestort. Hoewel door de vermelde aankopen van schatkistpapier door de centrale bank en dooi de verleende voorschotten belangrijke ver lichting voor de geldmarkt werd geboden is de toestand daar toch zo gespannen gebleven, dat de notering voor daggeld een niveau be reikte van 13/4°/o tegen slechts 3/4 °/o enkele weken tevoren. De deviezenpositie Beziet men de deviezenpositie van de Nederlandsche Bank dan blijkt dat de mone taire reserves zijn toegenomen van 6057 miljoen op 5 maart tot 6135 miljoen op 2 april, derhalve met ca 80 miljoen. Daarbij dient men echter in aanmerking te nemen dat Engeland begin maart rond 127 mil joen aan Nederland heeft terugbetaald van de 434 miljoen, die het in augustus 1961 via het Internationale Monetaire Fonds van de Nederlandse staat heeft geleend om het pond sterling te steunen. Het I.M.F. heeft daarop 126 miljoen naar de Nederlandse staat overgemaakt, die zich heeft gehaast dit bedrag naar de Neder landsche Bank te brengen. Deze laatste heeft namelijk indertijd de gehele steunverlening gefinancierd door de staat in ruil voor schat kistpapier de benodigde valuta te verstrek ken. Thans deed zich het omgekeerde geval voor en kocht de staat 126 miljoen schat kistpapier van de centrale bank terug. Die guldens zijn aldus weer in het niet ver dwenen, waartegen de deviezenpositie met een overeenkomstig bedrag is verbeterd. Tot goed begrip van de schatkistpositie dient men zich intussen tevens te vergewissen van de veranderingen, die in de afgelopen maand in totaal in het uitstaande bedrag aan schatkistpapier zijn opgetreden (de andere posten die de positie van de schatkist be palen worden eerst later gepubliceerd). Het blijkt dan dat de schatkistschuld in de vorm van promessen en biljetten in maart met rond 200 miljoen is verminderd, waarvan 150 miljoen voor rekening komt van schatkist biljetten. Deze laatste vermindering omvat uiteraard tevens het bedrag van 126 mil joen, dat na de terugbetaling door Engeland door de Nederlandse staat is aangewend tot het terugkopen van schatkistpapier uit de portefeuille van de Nederlandsche Bank. Ondanks de storting op de staatslening, die zoals wij hebben gezien met ruim 200 mil joen in contanten is geschied, geeft het tegoed van het Rijk per saldo voor de maand maart slechts een stijging van ruim 120 miljoen te zien. Geen kapitaal uit het buitenland Aan de gestadige toevloeiing van liquidi teiten uit het buitenland is voorshands een einde gekomen door de sterke inkrimping van het overschot op de lopende rekening van de betalingsbalans en de aanzienlijke ver- 137

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1962 | | pagina 19