Toerisme Van de zijde der Organisatie voor Econo mische Samenwerking en Ontwikkeling, welke de Westeuropese landen, alsmede dc Verenigde Staten en Canada omvat, is on langs een rapport verschenen over het inter nationale toerisme. Daarin wordt het belang van het toerisme als „exportindustrie" be licht. Groei Gebaseerd op het totaal aantal personen, dat alle aangesloten landen heeft bezocht, is in 1960 het toerisme, evenals in 1959, met circa 12 toegenomen. Het zijn vooral Spanje en België waar gedurende 1960 het toeristenbezoek naar verhouding het meest is toegenomen. In Spanje zijn gedurende 1960 meer dan 6 miljoen inkomende buitenlandse toeristen geregistreerd. Eveneens in vergelijking met 1959 nam in 1960 het buitenlandse toeristenbezoek aan de volgende landen toe: Engeland met 20 Portugal met 19%, Nederland en Grieken land elk met 14%, Frankrijk met 11%, West-Duitsland met 10%, Oostenrijk en Zwitserland elk met 8 7o, Italië met 6 °/o en Joegoslavië met 5 Economisch belang Van hoe groot belang het toerisme voor de economie van verschillende aangesloten lan den is geworden moge o.a. blijken uit het feit, dat het in Frankrijk de derde plaats inneemt als „exportindustrie", onmiddellijk volgende op de ijzer- en staalindustrie en de automo bielindustrie en vóór de chemische- en machine-industrie. In de Zwitserse industrie neemt het zelfs de tweede plaats in, vóór de horloge- en chemische-industrie. Oostenrijk kon het tekort in de handel met het buitenland over 1960 voor 78 dekken door de deviezenontvangsten uit het toerisme. Italië zelfs voor 86 In België bracht het toerisme meer devie zen in dan de Belgische kolenexport of de export van fabrikaten. Andere landen, zoals Nederland, Dene marken, Griekenland, Portugal en Zweden ontvingen van bezoekende buitenlanders in 1960 meer deviezen, dan hun eigen inge zetenen voor hetzelfde doel in het buitenland besteedden. Daarentegen worden in Europa West- Duitsland, Engeland en Noorwegen met een tegengestelde situatie geconfronteerd. Het zijn dan ook voornamelijk Duitsers en Engel sen, die voor de overige Europese landen een belangrijk deel van de toeristencliëntèle uit maken. Cijfers Onder het voorbehoud, dat ten aanzien van toeristenstatistieken moet worden gemaakt, schat men de totale deviezenopbrengsten voor de Europese landen uit het toeristenverkeer op ongeveer 3,6 miljard dollar in 1960 en hun totale uitgaven op dat gebied in het zelfde jaar op 2,3 miljard dollar. De landen, die in het toeristenverkeer ge durende 1960 meer uitgaven dan ontvingen, waren wel in het bijzonder de Verenigde Staten, met een tekort groot 7 76 miljoen dol lar, West-Duitsland, met een tekort groot 198 miljoen dollar, en Canada met een tekort groot 1 15 miljoen dollar. Vakantiespreiding Met betrekking tot de vakantiespreiding is gebleken, dat een belangrijk deel van de be volking van de westelijke wereld, te weten 25 a 30 naar keuze de vakantieperiode kan bepalen. Met het streven naar vakantiespreiding, niet alleen noodzakelijk voor een normaal functioneren van het bedrijfsleven, doch ook voor de rentabiliteit van het hotel-, pension en transportwezen, zijn overigens al interes sante resultaten bereikt. 116

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1962 | | pagina 38