Wenken voor kassiers
De kassier en de opleiding
In het „Werkprogramma 1962" wordt de
taak van de kassier terecht niet onderschat.
Voor de uitoefening van de kassiersfunctie,
aldus wordt gesteld, is het gezien de veel
omvattende inhoud, die in de tegenwoordige
tijd aan deze functie moet worden toegekend
noodzakelijk, dat grote aandacht wordt ge
schonken aan de deskundigheid van de nieuw
te benoemen kassiers. Naast het beheer van
de bank in de ruimste zin zal de kassier in
staat moeten zijn voorlichting en advies te
geven in velerlei zaken.
Voorts dient gestreefd te worden naar een
goede opleiding, opdat onze Raiffeisen-
organisatie blijft beschikken over een reser
voir van jonge deskundige krachten, die in
aanmerking kunnen komen voor een leiding
gevende positie bij een van de plaatselijke
banken.
Bij de uitwerking van deze gedachte is
zeker een belangrijke taak weggelegd voor de
kassiers, die de bij onze banken in dienst
zijnde jeugdige personeelsleden zullen aan
moedigen tot de studie en ongetwijfeld vaak
voorlichting zullen moeten geven omtrent de
te volgen cursussen.
Bij veel kassiers, die het uitgroeien van hun
bank in vele jaren hebben meebeleefd, is de
voor de goede vervulling van de kassiers
functie benodigde kennis voor het aller
grootste deel in de praktijk gevormd. Bij de
komende generatie zal meer aandacht moeten
worden besteed aan een goede vooropleiding,
onder te verdelen in algemene, administra-
tieftechnische, banktechnische en assurantie-
technische ontwikkeling.
Eisen van vooropleiding voor het kassierschap
De onderscheidene banken verkeren in
verschillende stadia van grootte en ontwik
keling. Het spreekt wel vanzelf, dat de eisen
van vooropleiding daarbij zullen moeten aan
sluiten.
Bij de benoeming van een kassier voor een
kleine bank zullen het U.L.O.-diploma, het
praktijkdiploma boekhouden en zo mogelijk
het diploma van de éénjarige cursus van de
vakopleiding Bank- en Effectenbedrijf (de
éénjarige bankcursus) als minimale eisen van
vooropleiding moeten worden gesteld. Ook
praktijkdiploma Nederlandse handelscorres
pondentie kan de kandidaat tot aanbeveling
strekken.
Bij grotere banken zal, in plaats van het
U.L.O.-diploma, wellicht het H.B.S.-diploma
kunnen worden gevraagd, terwijl op het ge
bied van de administratieve vakkennis be
halve het praktijkdiploma boekhouden ook
het diploma Moderne Bedrijfsadministratie
(M.B.A.), het Staatspraktijkdiploma voor
Handel en Administratie (S.P.D.) en/of de
akte K. XII Middelbaar Onderwijs boek
houden/handelswetenschappen verlangd kun
nen worden.
Ten aanzien van de kennis van het bank-
vak is bij grotere banken het diploma van de
tweejarige bankcursus aan te bevelen, van
zelfsprekend behalve de zowel bij de grotere
als de kleinere banken als minimum te ver
onderstellen „speciale boerenleenbankken
nis", zoals men die zich, naast de praktijk, in
vrij korte tijd kan eigen maken uit de
brochures en circulaires, alsmede uit de boek
werken „Algemene Voorlichting" en de
„Handleiding voor de Administratie", van
welke beide boeken een herdruk in bewer
king is.
Voor zover de bank is ingeschreven in het
register Assurantiebemiddeling, zal ten
minste het diploma C Assurantiebemiddeling
nodig zijn, terwijl de studie in deze richting
later eventueel dus na de benoeming
voor het B- en A-diploma kan worden ver
volgd.
Van de perspectieven van de bank zal het
moeten afhangen hoever zij de eisen van
vooropleiding zal willen opvoeren boven de
gestelde minima.
114