wijze waarop de raad van toezicht in het verleden als vertrouwensinstituut heeft gefungeerd, zou zij in overweging willen geven of niet tot een organisatie van de raad van toezicht zou kunnen worden ge komen in die zin, dat deze raad zich in mindere mate met de individuele krediet verlening zal bezighouden. De commissie heeft de indruk dat een dergelijke wijzi ging zeer zal bijdragen tot een verminde ring van de in de landbouw aanwezige terughoudendheid. Welke bevoegdheden en taken heeft de raad van toezicht volgens de statuten van onze raiffeisenbanken/boerenleenbanken? De raad van toezicht heeft in de eerste plaats een toezichthoudende functie. In deze hoedanigheid heeft hij tot taak de door het bestuur aan de algemene vergadering ter goedkeuring over te leggen rekening en ver antwoording te controleren (art. 33 lid 1 onder e. van de statuten van de raiffeisen- banken/boerenleenbanken). Bovendien kan elk lid van de raad van toezicht, dat door deze daartoe is aangewezen, te allen tijde de boeken en bescheiden van de bank onder zoeken en haar bezittingen opnemen (art. 33 lid 2 van de statuten van de raiffeisenbanken/ boerenleenbanken) De raad van toezicht heeft bovendien een beherende taak. Sommige handelingen kan of mag het bestuur namelijk niet verrichten zonder dat de raad van toezicht daartoe zijn goedkeuring heeft gegeven. Hierbij zijn met name de volgende groepen van gevallen te onderscheiden: 1. Voor de vaststelling van rentevoet en provisie voor voorschotten, kredieten, garanties, borgtochten, spaargelden en deposito's heeft het bestuur de toestem ming nodig van de raad van toezicht (art. 28 B onder a van de staututen van de raif f eisenbanken/boerenleenbanken) 2. In sommige gevallen is voor het verlenen van voorschotten en/of kredieten de toe stemming van de raad van toezicht ver eist (zie hieronder). 3. Voor het aannemen van spaargelden of het opnemen van gelden bij de Centrale Bank heeft het bestuur de toestemming van de raad van toezicht nodig, indien daardoor zekere, in het huishoudelijk reglement bepaalde bedragen worden overschreden (art. 7 lid 1 onder a en b van de statuten van raif f eisenbanken/boe renleenbanken). 4. Bepaalde rechtshandelingen, die het be heer van de vereniging sterk kunnen beïnvloeden, mag het bestuur slechts ver richten na goedkeuring van de raad van toezicht. Hieronder valt b.v. het aangaan van schikkingen of dadingen, het aan kopen of op andere wijze verkrijgen, ver vreemden of bezwaren van onroerende goederen, benoeming en ontslag van de kassier e.d. (art. 27 en 28 van de sta tuten van de raiffeisenbanken/boerenleen- banken). Wanneer men de bovenstaande opmerking uit het rapport van de Commissie Landbouw krediet leest, komt men tot de conclusie, dat de commissie zich geenszins wenst te keren tegen de bevoegdheden van de raad van toe zicht met betrekking tot het verrichten van alle bovengenoemde werkzaamheden. Slechts in zoverre als de medewerking van de raad van toezicht vereist is voor het verrichten van handelingen als bedoeld onder 2, dringt de commissie op beperking van de taak van de raad van toezicht aan. Het bestuur behoeft niet alle voorschotten of kredieten te onderwerpen aan de toestem ming van de raad van toezicht. De belang rijkste regel daarbij is, dat alle voorschotten en kredieten, die een bepaald bedrag te boven gaan, de raad van toezicht moeten passeren. Overwogen zal moeten worden dit bedrag zozeer te verhogen, dat verreweg het grootste deel van de uitzettingen in eigen kring door het bestuur zelfstandig, zonder machtiging van de raad van toezicht, toegestaan zal kun nen worden. De bekendheid met het feit, dat kredietaanvragen niet meer worden behan- (Vervolg op bldz. 77) 71

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1962 | | pagina 33