gemaakt, doch zij betreuren, dat daardoor de
ouderen worden genoodzaakt af te treden,
waardoor vaak een belangrijke bron van
ervaring voor de bank verloren dreigt te
gaan. Sommige van de bij ons aangesloten
banken hebben daarvoor een uitweg gevon
den. Gaarne willen wij deze ter navolging
aanbevelen. Deze banken hebben in hun huis
houdelijk reglement de bepaling opgenomen,
dat niet verkiesbaar tot bestuurslid of lid van
de raad van toezicht zijn de personen, die
65 jaar of ouder zijn, terwijl niet herkiesbaar
in bedoelde functies zijn de personen, die de
70-jarige leeftijd hebben bereikt. Er wordt
dus een verschillende leeftijdsgrens inge
voerd, al naar gelang het betreft de verkies
baarheid, dan wel de herkiesbaarheid in een
functie in bestuur of raad van toezicht van de
bank. Wij zouden dit nog willen aanvullen
met de bepaling, dat zij, die de 70-jarige
leeftijd hebben bereikt, ter gelegenheid van
de eerstvolgende algemene vergadering hun
mandaat ter beschikking stellen en niet her
kiesbaar zijn.
Wanneer een raiffeisenbank/boerenleen-
bank van mening is, dat het voor haar
aanbeveling verdient een aldus gedifferen
tieerde leeftijdsgrens voor bestuursleden en
leden van de raad van toezicht in te voeren,
stelle zij zich met de Centrale Bank in ver
binding. De Centrale Bank zal alsdan een
opgave verstrekken van de tekst voor een be
paling, die in het huishoudelijk reglement
ingevoegd moet worden. Een statutenwijzi
ging is hiervoor niet nodig. De wijziging van
het huishoudelijk reglement kan bij besluit
van de algemeene vergadering tot stand ge
bracht worden.
Vlotte behandeling kredietaanvragen
Bij de Centrale Bank zijn op het ogenblik
nog enige andere plannen in studie om tot
een meer doelmatige werkwijze van de be
stuurscolleges te komen.
In de praktijk heeft zich bij verschillende
aangesloten banken reeds de methode ont
wikkeld, dat bepaalde categorieën van een
voudige kredietaanvragen worden behandeld
door bijvoorbeeld twee leden van het bestuur,
waaronder bij voorkeur de voorzitter.
Men zal er zich bij de Centrale Bank nog
op moeten beraden, onder welke omstandig
heden en nader te stellen regels een derge
lijke delegatie van beslissingsbevoegdheid
meer algemene toepassing verdient. Dit be
tekent natuurlijk niet, dat de leden van het
bestuur, aan wie beslissingsbevoegdheid niet
gedelegeerd is, na de invoering van zulk
een maatregel geen zeggenschap ten aanzien
van de behandeling van kredieten meer
zouden hebben. Achteraf zal het gehele be
stuur de door de gedelegeerde bestuursleden
genomen beslissingen moeten beoordelen.
De delegatie van beslissingsbevoegdheden
werkt echter het snel nemen van besluiten in
de hand en zal ook bij de kredietaanvragers
de veelal nog bestaande terughoudendheid
met betrekking tot het aanvragen van kre
dieten doen verminderen.
Bevoegdheden raad van toezicht
Een speciale beschouwing zal nu nog
moeten worden gewijd aan de taak van de
raad van toezicht.
Zoals men weet, berusten de conclusies van
de Commissie Landbouwkrediet voor een ge
deelte op de gegevens, die ontleend zijn aan
een enquête onder een aantal personen.
Door vele personen, die door de Commissie
Landbouwkrediet zijn geënquêteerd, is gepleit
voor de afschaffing van de raad van toezicht.
Wij lezen in het rapport met name:
„In de wet op de Coöperatieve Verenigin
gen is echter voor coöperaties een
toezichthoudende commissie verplicht
gesteld. De taak van een dergelijke com
missie kan echter beperkter worden ge
zien dan de taak van de raad van toezicht,
zoals die bij de boerenleenbanken tot
ontwikkeling is gekomen (zie hoofd
stuk II). Zo is het bijvoorbeeld wettelijk
niet noodzakelijk, dat de raad van toezicht
zich bezighoudt met de fiattering van de
krediet- en voorschotverlening. Hoewel
de commissie waardering heeft voor de
70