4. Vastgesteld zal moeten worden, in welke
volgorde de gronden van ieder van de
deelgenoten in het werktuig bewerkt zul
len worden. Men kan daarbij een soort
rouleersysteem vaststellen. Iedereen mag
eens in de zoveel jaren als eerste van het
werktuig gebruik maken; de deelgenoten
schuiven jaarlijks met hun plaats in de
volgorde van bewerking op.
Een regeling als wij zoéven hebben uit
eengezet zal zich niet voor ieder werktuig
lenen. Men moet nu eenmaal de regeling
inzake het gebruik van het werktuig af
hankelijk stellen van de aard van het
werktuig. Het kan echter gewenst zijn, dat
dienaangaande een regeling wordt ge
troffen, omdat de kans op onenigheid
tussen de deelgenoten bij het gebruik van
het werktuig juist bij het treffen van de
volgorde het grootst is.
5. Er moet een regeling worden getroffen,
wat er zal gebeuren bij het overlijden van
een van de deelnemers. Veelal wordt een
dergelijk contract, dat immers juist ge
sloten is voor de aanschaffing van een
kostbaar werktuig, voor een langere
periode aangegaan. Een billijke regeling
zou daarin bestaan, dat de rechtver
krijgenden van de overledene voor de
keus gesteld worden, om óf de samenwer
king voort te zetten, dan wel uitbetaling
te verkrijgen van het aandeel van de
overledene in het werktuig. Daarbij kan
tevens vastgesteld worden, wat er zal ge
beuren indien een van de deelnemers
onder curatele wordt gesteld of failliet
verklaard wordt.
6. Ook is het raadzaam aan de overeenkomst
een bepaling toe te voegen inzake het
oplossen van eventuele geschillen tussen
de deelgenoten door middel van arbitrage.
Contract
Een voorbeeld voor zulk een contract volgt
hierna. Mogelijk zal men het hier of daar
dienstig oordelen, een overeenkomst zoals wij
hieronder afgedrukt hebben eventueel met
de wijzigingen die men nodig acht te
bezorgen.
Dc ondergetekenden:
1.
2.
3.
4.
5.
(enz.)
verklaren met elkaar te zijn overeengekomen, dat het
gebruik van de door hen gezamenlijk gekochte en m
eigendom tot zekerheid voor na te melden schuld
aan de Coöperatieve Raiffeisenbank/Boerenleenbank
gevestigd in de gemeente
hierna te noemen: de
bank, overgedragenmerk
hierna te noemen: het
werktuig, voor gemene rekening van alle onderge
tekenden zal plaatsvinden, zulks onder de volgende
voorwaarden en bedingen:
1. De overeenkomst is aangegaan met ingang van
en geldt voor
onbepaalde tijd. Zij zal echter eindigen:
a. door het teniet gaan van het werktuig;
b. door verkoop van het werktuig ingevolge een
met instemming van alle partijen genomen
besluit nadat geheel aan de bank is voldaan
hetgeen aan haar verschuldigd is uit hoofde
van de onder 7 bedoelde geldlening;
c. door het overlijden, de onder curatelestelling
of het faillissement van een der ondergete
kenden, met inachtneming van het bepaalde
in art. 12 en 13;
d. door opzegging van een der ondergetekenden,
gedaan overeenkomstig het bepaalde in art. 2,
met inachtneming van het bepaalde in art. 12
en 13.
2. Opzegging door een der ondergetekenden als be
doeld in artikel 1 onder d. zal slechts kunnen
geschieden bij aangetekend schrijven aan alle
partijen gericht. De opzegging zal slechts kunnen
worden gedaan per 1 van ieder
jaar, met inachtneming van een opzegtermijn van
drie maanden. Opzegging zal nochtans uitgesloten
zijn zolang als niet geheel aan de bank is vol
daan hetgeen aan haar verschuldigd is uit hoofde
van de onder 7 bedoelde geldlening, zullende der
halve een opzegging, gedaan zonder dat een en
ander is voldaan, generlei rechtskracht bezitten.
3. Ieder der ondergetekenden zal geacht worden in
het werktuig te participeren op de grondslag van
de navolgende verhouding:
60