Op de drempel
Hoewel de jaarwisseling op zich zelf geen onderbreking vormt in de ontwikkeling
van een organisatie als de onze, is het toch een goed gebruik bij de intrede van een nieuw jaar
even de pas te markeren. Dit stelt ons in staat de grote lijn te ontdekken, die door de details
van alle dag heen loopt.
Meer nog dan in de voorlaatste jaren heeft 1961 voor de Raiffeisenorganisatie in het
teken gestaan van groei van de aangesloten banken en van verdieping en verbreding van haar
taak. Er is een ontwikkeling gaande, die onze banken voor zware opgaven stelt, maar die
ook het is verheugend dit te mogen constateren de bestuurs- en personeelsleden met elan
hun werk doet verrichten.
Mede dank zij de krachtige aanpak van de aangesloten banken kunnen wij alleszins
tevreden zijn over de voor onze organisatie zo noodzakelijke aanwas van de spaargelden.
Deze aanwas steeg in 1961 zelfs boven het niveau van het topjaar 1959 uit.
De concurrentie om de spaargelden is feller geworden. Ook in 1962 zullen wij dat
ongetwijfeld merken. Onzerzijds zal die concurrentie niet worden gezocht of verscherpt, maar
zeker is, dat ook in 1962 onze gezamenlijke energie nodig zal zijn om onze plaats als spaar-
instelling te versterken.
Op de drempel van het nieuwe jaar zien wij verder, dat de agrarische kredietverlening,
zoals die door onze organisatie mogelijk wordt gemaakt, een tijd van snelle ontwikkeling door
maakt. Naar aanleiding van het rapport Landbouwkrediet zijn niet alleen nieuwe krediet
mogelijkheden voor boeren en tuinders geschapen, maar heeft onze organisatie ook op ruime
wijze aan de kredietmogelijkheden bekendheid gegeven. Kredietadviseurs nieuwe functio
narissen, die ingeschakeld kunnen worden bij kredietverleningen waarbij de bedrijfseconomische
beoordeling een rol speelt hebben hun eerste intrede in onze organisatie gedaan. Door
werkbijeenkomsten is reeds een deel van onze banken op de hoogte gesteld van hetgeen zich
rond de moderne agrarische kredietverlening afspeelt. En voor 1962 is een werkprogramma
opgesteld, dat de richtlijnen bevat, waarlangs deze agrarische kredietverlening verder zal
kunnen worden uitgebouwd.
Veel medewerking zal van de banken gevraagd worden om aan de naar verwachting
groter wordende kredietbehoefte van boer en tuinder op de juiste wijze te voldoen.
Naast de agrarische kredietverlening zullen ook andere onderwerpen de aandacht van
onze banken vragen. Wij denken aan de niet-agrarische kredietverlening, aan de meer inten
sieve bewerking van het werkgebied van de bank, aan serviceverlening, vergroting van kennis
en opvoering van bekwaamheden van personeelsleden, efficiënte werkmethoden, propaganda en
zo veel meer. Alles behoeft niet ineens bereikt te worden, als er maar bereidheid is de voor
de hand liggende taak aan te vatten.
Welnu, aan die bereidheid twijfelen wij niet. Ook in 1962 zullen in onze organisatie
velen, van hoog tot laag, klaar staan om onze banken beter aan hun doel te laten beant
woorden: het dienen van de belangen van de leden. Wij wensen allen, die in de Raiffeisen
organisatie samenwerken, sterkte toe bij het vervullen van deze taak.
3