tijd- en personeelsgebrek minder wordt toe
gepast, herkent men hierin de voor de
controle zo waardevolle elementen van twee
voudige verwerking en het langs gescheiden
wegen door verschillende functionarissen
onafhankelijk van elkaar komen tot éénzelfde
resultaat. Het streven is hierin duidelijk nl.
om niet alleen te komen tot een evenwicht
tussen de verschillende onderdelen van de
administratie, maar om tevens zoveel moge
lijk een nauw verband te leggen tussen het
gebeuren zelf en de van die handelingen
bijgehouden administratie.
Functiescheiding in de kasorganisatie
Door een doelmatige functiescheiding en
een dwingend voorgeschreven loop van het
geld en de formulieren kan het gebeuren zelf
en de administratie nauw ineen worden ge
vlochten. In de kasorganisatie van een bank,
waar voldoende functionarissen aan het kas-
verkeer medewerken, zullen de functies van
beheer, bewaring en registratie niet in één
persoon verenigd zijn. Door scheiding van
deze functies en verdeling daarvan over de
verschillende medewerkers ontstaat de moge
lijkheid het kassaldo na kassluiting onaf
hankelijk van de kashouder (bewaarder) en
de boekhouding (registratie) te laten
vaststellen door de procuratiehouder (be
heerder) aan de hand van de gegevens, die
hem omtrent het gebeuren van de kashande
lingen uit het dwingend verloop van de for
mulieren ter beschikking zijn gekomen. Dit
onafhankelijk vastgestelde kassaldo dient
overeen te stemmen enerzijds met de in aan
wezigheid van de kashouder en de beheerder
te constateren kasvoorraad en anderzijds met
het later door de boekhouding opgeleverde
kascijfer.
Interne controle en de jaarcontrole van
de boekjes
De mogelijkheden van de interne controle
zijn o.m. afhankelijk van de vraag of het aan
tal medewerkers voldoende groot is om een
doelmatige functiescheiding te kunnen toe
passen. Hoe kleiner de personeelsbezetting
van de bank is, des te beperkter zijn de moge
lijkheden om het gebeuren en de admini
stratie in controleverband met elkaar te ver
weven en in des te sterkere mate zal ook het
controle-accent noodgedwongen komen te
liggen op de controle achteraf, zoals kan
worden aangeduid de jaarcontrole van de
boekjes, omschreven in de brochure „Doe
het goed!"
Ook bij de grootste onder de aangesloten
banken is een perfecte interne controle van
zelfsprekend niet te verwezenlijken zonder,
behalve de enkele hierboven genoemde han
delingen, ook alle andere activiteiten daarin
te betrekken en zonder een doeltreffende
totale interne organisatie te scheppen, waarin
een met een grote mate van onafhankelijk
heid werkende interne controleur zijn plaats
heeft. Maar ook zonder het bereiken van deze
perfectie is het streven goed en nuttig en kan
het zijn, dat de getroffen maatregelen er aan
leiding toe geven, dat een gerechtvaardigde
vereenvoudiging in de jaarcontrolemethode
met goedkeuring van het bestuur en in
overleg met de afdeling Inspectie van de
Centrale Bank wordt toegepast, al zal het
wezenlijke doel van de interne controle
verre uitgaan boven een dergelijke vereen
voudiging, die bovendien bij vele banken be
wust niet wordt nagestreefd. Veel spaarders
blijken het zich nl. tot een gewoonte te heb
ben gemaakt om juist tijdens de jaarlijkse
rentebijschrijving en controle hun spaarstor-
tingen te verrichten.
UITLOTING
DEPOSITO-OBLIGATIES
494
Ten overstaan van notaris A. J. J. M. van lersel te Utrecht
vond op 23 november 1961 overeenkomstig het bepaalde bij
artikel 5 van het reglement betreffende de deposito-obligaties
van de Centrale Bank, de uitloting plaats van de volgende
nummers, aflosbaar per 31 december 1961.
3 Serie B stukken van 1.000,
Nrs. 18 20 62 66 93 98 125 136
168 172 174 179 192 194 195 197
198 224 272 273 290 298 337 348
355 332 395 401 409 415 426 494
495
3 Serie C stukken van 1.000,
Nrs. 5 8 11 24 27 112 119 122
142 156 205 218 227 232 260 276
297 318 329 331 350 359 361 371
392 397 425 430 431 432 442 452
464