5o JAAR RAIFFEISEN-BODE Floewel op de omslag van deze Raiffeisen- Bode staat drieënveertigste jaargang no. 12, is het deze maand juist 50 jaar geleden dat het eerste nummer van ons blad de persen verliet. Op de algemene vergadering van de Cen trale Bank van 7 april 1906 werd het uit geven van een blad voor onze organisatie aan de orde gesteld, doch het duurde nog ruim 5 jaar voor het eerste nummer werd uitgegeven. De eerste jaren verscheen het blad op onge regelde tijden, slechts wanneer er voldoende „nieuws" verzameld was ging de kopij naar de drukker. Het tweede nummer van de Raiffeisen-Bode verscheen zodoende eerst in mei 1912. In 1915 werd echter op de alge mene vergadering van 29 mei besloten, dat de Raiffeisen-Bode in het vervolg maande lijks zou verschijnen. Het eerste nummer van het maandblad „de Raiffeisen-Bode" is gedateerd 1 juli 1915. We willen de inhoud van de eerste Raiffeisen-Bode eens bezien naast de mo derne uitvoering. Het blad van december 1911 bevatte, naast de aankondiging door het bestuur van de Centrale Bank, slechts aan wijzingen en richtlijnen voor de bestuurderen van de aangesloten banken. Omvang 4 pagi na's, alleen tekst, geen enkele illustratie. De moderne uitvoering van ons blad bevat arti kelen van allerlei aard, zowel op nationaal als internationaal terrein. Het is geïllustreerd met vele foto's van belangrijke gebeurtenis sen; belangrijk voor onze gehele organisatie of voor een aangesloten bank individueel. Hoewel we ons niet willen verdiepen in de geschiedenis van ons blad zullen we uit de moeilijkste tijd, de oorlogsjaren, enkele pun ten aanstippen: juli 1940: in verband met het 25-jarig be staan van het maandblad „de Raiffeisen-Bodewordt, daar de tijdsomstan digheden geen aanleiding geven tot een meer feestelijke herdenking, slechts een summiere terugblik op de afgelopen jaren geworpen. In hetzelfde nummer lezen we dat tijdens de algemene vergadering van 28 juni 1940 de voorzitter, de heer K. Eriks uit Leeuwar den, na de gevallenen uit de organisatie te hebben herdacht, zijn gevoelens van trouw aan het Huis van Oranje uitte. Deze woorden werden met luid applaus door de vergade ring onderstreept. juli 1941: de banken werden er nog eens op gewezen, dat zuinigheid met de nog aanwezige voorraden wel zeer gewenst is. Aan dit artikel ontlenen wij de volgende zinsnede: „In normale tijden is het verknoeien van papier e.d. door den verbruiker slechts schadelijk voor diens eigen portemonnaie binnenkort zal zijn goede geld hem niet meer kunnen helpen om den onnoodig hard ge slonken voorraad weer te kunnen aanvullen!" juni 1941: in dit nummer wordt een aanval van het Nederlandsch Agrarisch Front op de Coöp. Boerenleenbank te Capelle aan den IJssel naar de schrijver terugver wezen. De aanval werd gelanceerd in „Volk en Vaderland" in een artikel, getiteld „Boeren in Geldslavernij". De aanleiding hiertoe was het faillissement van een cliënt van de bank te Capelle a.d. IJssel, met wie de bank reeds jaren moeilijkheden had. Het faillissement was echter aangevraagd door de Boaz-Bank te Rotterdam, bij welke de boer ook reeds jaren schulden had. Het artikel in de Raiffeisen-Bode eindigt met de zin: „Wellicht zal het Nederlandsch Agrarisch Front in deze zaak een spoorslag vinden om voortaan zaken, waarin zij zich mengt, beter te onderzoeken." 466

Rabobank Bronnenarchief

blad 'De Raiffeisen-bode' (CCRB) | 1961 | | pagina 12